Waterschapsverordening onder de Omgevingswet

Regels voor activiteiten in of nabij watersystemen In de waterschapsverordening staan onder meer regels voor activiteiten in of nabij watersystemen (oppervlaktewater, grondwater, waterbergingsgebieden en waterkeringen). Denk hierbij concreet aan algemene regels en/of een vergunningplicht voor het aanleggen van een steiger, het dempen van een sloot, onttrekkingen van grondwater en oppervlaktewater of een compensatieplicht in het geval nieuwe verharding wordt aangebracht. Ook kan een zorgplicht worden opgenomen. Of er sprake is van algemene regels (met bijvoorbeeld een meldplicht) of van een vergunningplicht blijkt uit de waterschapsverordening zelf. Niet alle waterschapsverordeningen zijn gelijk, dus het is belangrijk altijd even de betreffende waterschapsverordening te checken. In de waterschapsverordening worden ook de zogenoemde beperkingengebieden aangewezen. Dat zijn de waterstaatswerken (waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen, bergingsgebieden en ondersteunende kunstwerken) die in beheer van het waterschap zijn en de hierbij behorende beschermingszones. Onder het oude recht werden deze nog aangewezen in de legger. De waterschapsverordening bevat niet alle regels waaraan burgers, bedrijven en dergelijke gebonden zijn. Het peilbesluit, de legger en de onderhoudslegger blijven naast deze verordening bestaan. Nieuw: de bruidsschat Een belangrijk verschil met het oude stelsel is dat de waterschapsverordening ook lozingsregels bevat voor de kwaliteit, beoordelingsregels en een zorgplicht à la die van art. 2.11 Bal (Besluit activiteiten leefomgeving). Via de door het Rijk geregelde bruidsschat zijn deze regels van rechtswege aan de waterschapsverordening toegevoegd. Daarbij is ook voorzien in een zogenoemde 'vangnetvergunningplicht'. Deze komt erop neer dat voor niet specifiek gereguleerde lozingen automatisch een vergunningplicht geldt. Zonder dit vangnet zou alleen de zorgplicht gelden, en dat zou een beoordeling vooraf door de waterbeheerder van bijvoorbeeld nu nog onbekende stoffen onmogelijk maken. Een waterschap kan ervoor kiezen zelf regels te stellen die afwijken van de bruidsschat. Zo kan een lozing die volgens de bruidsschat vergunningplichtig is door het waterschap aan algemene regels (met bijvoorbeeld een meldplicht) worden onderworpen. En als het om niet al te bezwaarlijke lozingen gaat, kan het waterschap volstaan met het alleen van toepassing laten zijn van de zorgplicht. Vroegtijdige publieksparticipatie Bij het vaststellen van een waterschapsverordening moet worden aangegeven hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden bij de voorbereiding betrokken zijn geweest en wat de resultaten daarvan zijn. Daarbij wordt aangegeven op welke wijze invulling is gegeven aan het toepasselijke decentrale participatiebeleid (art. 10.3a Ob).