We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Met name in het buitengebied zijn langs gemeentelijke wegen veel bermsloten in (gedeeltelijke) eigendom van de gemeente. Het onderhoud van de walkant en de sloten zelf is te zien als een activiteit die een relatie heeft met de hemelwaterzorgplicht. Het hemelwater stroomt tenslotte van de gemeentelijke weg naar de bermsloot. Kanttekening Het is de vraag in hoeverre het feit dat hemelwater naar de sloot stroomt, is te zien als
Met name in het buitengebied zijn langs gemeentelijke wegen veel bermsloten in (gedeeltelijke) eigendom van de gemeente. Het onderhoud van de walkant en de sloten zelf is te zien als een activiteit die een relatie heeft met de hemelwaterzorgplicht. Het hemelwater stroomt tenslotte van de gemeentelijke weg naar de bermsloot. Kanttekening Het is de vraag in hoeverre het feit dat hemelwater naar de sloot stroomt, is te zien als “het inzamelen van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater”. Alleen als de bermsloot een directe, doelgerichte functie heeft in de verdere verwerking van het hemelwater, lijkt het onderhoud in aanmerking te komen voor kostenverhaal via de rioolheffing (afvoersloot). Bermsloten (zaksloten) waarin ook particuliere percelen hemelwater lozen, zullen eerder in aanmerking komen voor gedeeltelijk kostenverhaal. De relatie met “water dat de gemeente voor verdere verwerking krijgt aangeboden” is dan sneller te leggen. Zaksloten waarvan niet duidelijk is dat ze water ontvangen van individuele percelen die de gemeente in de rioolheffing betrekt, hebben geen duidelijke relatie met de watertaken. Rekenkundig Afhankelijk van de omstandigheden is de rekenkundige of de zakenkundige methode toe te passen. Als door de afvoerfunctie van de sloot vaker onderhoud nodig is, kan de gemeente een rekenkundige vergelijking maken van de situatie zonder de afvoerfunctie. Stel dat regulier onderhoud vier keer per jaar nodig is, maar bij de sloten met een specifieke afvoerfunctie zes keer per jaar. Dan kan de gemeente op basis van de rekenkundige methode vaststellen dat twee van de zes onderhoudsbeurten zijn toe te rekenen aan de hemelwatertaak. Van de totale kosten is dan 33,33% (2/6) redelijkerwijs toe te rekenen aan de rioolheffing. Zakenkundig Als door de afvoerfunctie niet vaker maar juist specifieker onderhoud nodig is, lijkt de zakenkundige methode meer op zijn plaats. Het onderhoud moet zodanig plaatsvinden dat de afvoerfunctie behouden blijft. De nadruk ligt op het voorkomen en verwijderen van troep die de afvoer belemmert én op meer maatregelen om voor voldoende diepgang te zorgen. Om de kosten te verdelen, kan de gemeente kiezen voor een zakenkundige schatting van het meerwerk dat de afvoerfunctie veroorzaakt. Wat zijn de kritische factoren bij de uitvoering van het onderhoud? Duurt het maaien langer omdat de uitvoerder er rekening mee moet houden dat er geen afval in de sloot belandt? Is extra zorg nodig bij de duikers om de doorgang te waarborgen? Op basis van deze factoren kan de gemeente het relatieve aandeel in het onderhoud van de hemelwatertaak beargumenteerd vastleggen. Het bepaalde aandeel in de totale kosten is vervolgens te verhalen via de rioolheffing.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.