We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Het is van groot belang om een doorlatendheidsonderzoek zorgvuldig voor te bereiden en uit te voeren. Hiermee kunt u bijvoorbeeld wateroverlast voorkomen. Op deze pagina vindt u een overzicht van de meest voorkomende valkuilen met betrekking tot doorlatendheidsonderzoek, met daarbij de mogelijke oorzaken en de mogelijke (negatieve) gevolgen.
In tabel A vindt u enkele voorbeelden van valkuilen met mogelijke (negatieve) gevolgen en oorzaken. Tabel A Valkuilen doorlatendheidsonderzoek en oorzaken en gevolgen Mogelijke oorzaak Valkuil/voorbeeld/stron
In tabel A vindt u enkele voorbeelden van valkuilen met mogelijke (negatieve) gevolgen en oorzaken. Tabel A Valkuilen doorlatendheidsonderzoek en oorzaken en gevolgen Mogelijke oorzaak Valkuil/voorbeeld Mogelijke (negatieve) gevolgen Er is onvoldoende onderzoek gedaan. Het bureau heeft niet gekeken naar de lokale geomorfologie en geohydrologie. Hierdoor zijn er bijvoorbeeld boringen verricht in een zandige stroomrug en niet in de omliggende kleiige komgronden. Uit het doorlatendheidsonderzoek blijkt daardoor onterecht dat de locatie geschikt is voor hemelwaterinfiltratie. Op den duur kan er (grond)wateroverlast ontstaan. Het bureau heeft geen aandacht geschonken aan de diepere ondergrond (> 4,0 m -mv). Vanaf die diepte blijken er ondoorlatende lagen te zijn. In het plangebied of in lagergelegen gebieden kan grondwateroverlast optreden. Voor de aanleg van een wadi is één boring met één doorlatendheidsproef uitgevoerd. Bij de dimensionering is gerekend met de verkregen k-waarde (doorlatendheid). De wadi wordt te ruim of te krap gedimensioneerd. Omwille van de tijd heeft de gemeente voor de aanleg van een wadi geen doorlatendheidsonderzoek laten doen. Uit latere boringen blijkt echter dat er op 80 cm diepte een leemlaag voorkomt. De voorziening is niet goed geconstrueerd, waardoor de wadi slecht leegloopt, en er wateroverlast kan optreden. Uit het vooronderzoek blijkt dat de bodem mogelijk geschikt is voor hemelwaterinfiltratie. Er zijn geen in-situ-doorlatendheidsmetingen gedaan. Er is gerekend met geschatte k-waarden en grondwaterstanden. De voorziening wordt op basis van verkeerde uitgangspunten gedimensioneerd, waardoor deze mogelijk niet goed werkt en voor wateroverlast zorgt. Het bureau heeft gerekend met een k-waarde die het heeft berekend uit een zeefkromme. In de praktijk blijkt de betreffende bodem echter zeer compact te zijn en is deze minder doorlatend dan op basis van de textuur wordt verwacht. De voorziening wordt te krap gedimensioneerd, waardoor deze mogelijk niet goed werkt en voor wateroverlast zorgt. In het plangebied van 10 ha heeft het bureau slechts één doorlatendheidsproef gedaan. Er is geen reëel beeld van de doorlatendheid van de bodem. De voorzieningen worden op basis van verkeerde uitgangspunten gedimensioneerd, waardoor deze mogelijk niet goed werken en voor wateroverlast zorgen. De opdrachtgever of de uitvoerder van de proeven was niet op de hoogte van het toekomstige maaiveldniveau/ het ophoogmateriaal dat gebruikt zou worden/de toekomstige inrichting. Na het onderzoek hoogt de gemeente de locatie op met zand. Hierdoor hebben de proeven niet in de juiste bodemlaag plaatsgevonden. Door het ophogen worden de bodemlagen ook samengedrukt, waardoor de doorlatendheid verandert. De verkregen k-waarden zijn niet bruikbaar voor de dimensionering. Er blijken grondverbetering, drainage en een overloop toegepast te gaan worden. Toch is er een opdracht voor het uitvoeren van doorlatendheidsmetingen verstrekt. De verkregen k-waarden zijn niet bruikbaar. Er is onvoldoende aandacht besteed aan (de fluctuatie van) het grondwaterniveau. De doorlatendheidsmetingen zijn wellicht op de juiste diepte gedaan, maar in een periode met een lage grondwaterstand, waarbij geen rekening is gehouden met de representatieve hoge grondwaterstand (GHG). De infiltratievoorziening blijkt deels onder water te staan. Er is onvoldoende berging en het water infiltreert slechts beperkt in de bodem. De voorziening werkt niet goed en kan voor wateroverlast zorgen. De verkeerde bodemlaag is onderzocht. De gemeente wil een wadi aanleggen. Het adviesbureau meet de doorlatendheid van de grond net onder de huidige grasmat. Maar de wadibodem komt nog 30 cm dieper te liggen. De verkregen k-waarden zijn niet bruikbaar voor dimensionering. De gemeente wil een IT-riool aanleggen op een diepte van 2,0 m -mv (b.o.b.). het bureau heeft een doorlatendheidsproef uitgevoerd in de laag van 1,0-1,5 m -mv. Voor de dimensionering is gerekend met een k-waarde die niet representatief is voor de bodemlaag waarin infiltratie plaatsvindt. De voorziening wordt op basis van verkeerde uitgangspunten gedimensioneerd, waardoor deze mogelijk niet goed werkt en voor wateroverlast zorgt. De doorlatendheidsproef is niet juist uitgevoerd. Het kennisniveau van de uitvoerder van de proef is onvoldoende. Het bureau heeft doorlatendheidsproeven uitgevoerd zonder dat de bodem voorverzadigd was. De gepresenteerde k-waarde is daarom niet representatief voor de doorlatendheid van de bodem. De infiltratievoorziening wordt te krap gedimensioneerd en zorgt voor wateroverlast. De uitvoering (geen herhaling) en/of de uitwerking van de resultaten van het doorlatendheidsonderzoek is/zijn onvolledig. De gemeente krijgt van het bureau één k-waarde aangeleverd in plaats van een bandbreedte. Dit zorgt voor een schijnnauwkeurigheid. Er moet altijd een bandbreedte van de doorlatendheid worden gerapporteerd. Er wordt uitgegaan van een te grote k-waarde, waardoor een voorziening te klein gedimensioneerd wordt en er wateroverlast kan ontstaan. Praktijkvoorbeeld: infiltratievijver Een infiltratievijver moet na een hevige regenbui een hoeveelheid neerslag verzamelen die vervolgens in de bodem infiltreert. De doorlatendheid van de bodem speelt daarbij een rol. Hoelang duurt het voor de vijver weer leeg is of op het oorspronkelijke peil terugkeert? Soms gaan ontwerpers uit van een situatie zoals die tijdens het onderzoek was. Maar de vijver moet ook functioneren na een extreem hevige regenbui. Daarvoor moet niet alleen de bodem voldoende doorlatend zijn, maar ook de grondwaterstand laag genoeg. Hoe functioneert een en ander na een extreem hevige regenbui? De volgende situaties zijn mogelijk: De grondwaterstand na de regenbui is hoger dan het vijverpeil: de vijver infiltreert niet, maar draineert. Pas wanneer het grondwaterpeil is gezakt, kan sprake zijn van infiltratie. De grondwaterstand bevindt zich tussen het vijverpeil en de vijverbodem in. Rekening houdend met enige bodemweerstand (bijvoorbeeld door slibvorming) volgt (meestal) infiltratie in neer- en zijwaartse richting. De grondwaterstand is (veel) lager dan de vijverbodem, waarbij de vijver vóór de infiltratieperiode mogelijk zelfs droogstaat. Dan is de (verzadigde) doorlatendheid wellicht nauwelijks van belang. Is de bodem niet helemaal uitgedroogd, dan zal de infiltratiecapaciteit (veel) hoger zijn dan de verzadigde doorlatendheid. Deze voorbeelden gaan uit van de veronderstelling dat de vijver zich in een redelijk tot goed doorlatend materiaal (zand en/of grind) bevindt. Als de bodem en de wanden in een klei- of veenlaag liggen, wordt de situatie weer anders. Want de klei- of veenlaag fungeert als een slecht doorlatende kom. U kunt dan overwegen om deze klei- of veenlaag te perforeren. Ook dan is de grondwaterstand/stijghoogte onder de klei- of veenlaag weer van belang: stroomt het water omhoog of omlaag? Moet u dan de doorlatendheid van de kleilaag (laten) bepalen? Of moet u zand- of grindpalen met een bepaalde capaciteit (laten) ontwerpen? Kortom, de grootste valkuil lijkt te zijn dat de ontwerper een systeem ontwerpt terwijl hij onvoldoende inzicht heeft in de geohydrologische situatie.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.