We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
De nieuwe Notitie rente 2017 van de Commissie BBV (Besluit begroting en verantwoording) heeft tot veel vragen geleid over de manier waarop gemeenten rente mogen toerekenen aan de rioolheffing. Hoe zit het nu precies?
De uitspraken van de Commissie BBV gaan over de verslaggevingstechnische verwerking van de rente op de taakvelden, oftewel de boekhouding. En de boekhouding is niet geheel hetzelfde als de extracomptabele berekening van de rioolheffing. De Commissie BBV doet geen uitspraken over hoe de gemeente haar tarieven moet berekenen. Juridisch gezien mag zij een redelijk deel van de rentelasten meenemen in de kostenonderbouwing waarop zij de tariefberek
De uitspraken van de Commissie BBV gaan over de verslaggevingstechnische verwerking van de rente op de taakvelden, oftewel de boekhouding. En de boekhouding is niet geheel hetzelfde als de extracomptabele berekening van de rioolheffing. De Commissie BBV doet geen uitspraken over hoe de gemeente haar tarieven moet berekenen. Juridisch gezien mag zij een redelijk deel van de rentelasten meenemen in de kostenonderbouwing waarop zij de tariefberekening baseert. Wat de gemeente redelijk vindt, moet zij wél gemotiveerd toelichten in de paragraaf lokale heffingen (waarin zij de beleidskeuzes moet toelichten). Bij een eventueel geschil moet de rechter oordelen of de toerekening juist is. Een voorbeeld Het effect van de renteomslag op de tariefberekening is het best te illustreren met een voorbeeld waarin een gemeente geen rente over haar eigen vermogen berekent. In de renteomslag die zij toerekent aan de investeringen op de taakvelden, neemt zij dan alleen rente over het vreemd vermogen op. Wanneer de gemeente geen rente berekent over haar eigen vermogen, zijn de rentelasten op het taakveld treasury lager. Dit leidt tot een lager percentage renteomslag. Stel: De renteomslag exclusief rente over het eigen vermogen bedraagt 2,5%. De renteomslag inclusief rente over het eigen vermogen is 4%. De boekwaarde investeringen riolering bedraagt € 20 miljoen. Wanneer de gemeente geen rente berekent over haar eigen vermogen, rekent zij € 500.000 (2,5% van 20 miljoen) aan rentelasten toe aan het taakveld riolering. Berekent zij wél rente over haar eigen vermogen, dan zijn de toegerekende rentelasten op het taakveld riolering € 800.000 (4% van 20 miljoen). De gekozen systematiek heeft dus gevolgen voor de feitelijke lasten op het taakveld riolering. In de kostprijscalculatie voor de tariefberekening mag de gemeente wél rente over haar eigen vermogen toerekenen. Het maakt voor de kostprijs immers niet uit hoe zij de investeringen financiert (met eigen of vreemd vermogen). Het ligt dan wel voor de hand om de rente over het eigen vermogen in de kostprijscalculatie maximaal gelijk te stellen aan de rente over het vreemd vermogen (aangetrokken leningen). Als de gemeente geen leningen heeft en geen rente betaalt, dan ligt het dus ook niet voor de hand om rente over het eigen vermogen te berekenen. De Hoge Raad eist immers dat de lasten in elk geval herleidbaar zijn tot de begroting. Verdedigbaar verschil Als uw gemeente vindt dat de rentelast voor de rioleringstaak in de begroting te laag is en dat u daarom in de heffing een hogere rente moet meenemen, dan kunt u dat verdedigen bij de rechter. De lasten in de rioolheffing moeten in een meer dan zijdelings verband staan tot de watertaken en daarbij mag u de integrale kosten doorberekenen. In dit kader is het ook denkbaar om in de heffing een aanvullend rentebedrag op te nemen, boven op de aan de taakvelden toegerekende rente. Ook dan ligt het voor de hand om hiervoor een maximum te hanteren van de gewogen gemiddelde rente over de extern aangetrokken financiering. In het voorbeeld zal de gemeente in de kostprijscalculatie mogen rekenen met in totaal (maximaal) acht ton rentelasten. Zoals gezegd, bij een geschil moet de rechter bepalen of de toerekening juist is. Download hier de Notitie rente 2017 van de Comissie BBV.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.