Drijflaagschot ontwerpen

Wanneer het ongewenst is dat drijvend vuil de voorziening binnenkomt, bijvoorbeeld omdat er een pomp in de voorziening aanwezig is die vrijgehouden moet worden van vuil, kan eenzelfde obstructie aan de instroomkant worden geplaatst. Dan heet het ook wel een duikschot. In oppervlaktewater wordt met dit doel ook wel een balk op de waterlijn gehangen. Vóór externe overstortdrempel Drijflaagschotten worden vlak voor de externe overstortdrempel van bergbezinkbassins en bergbezinkleidingen geplaatst, op een afstand gelijk aan de hoogte van de overstortende straal boven de overstort. Vóór de voorziening Drijflaagschotten kunnen ook aan de inkomende kant van een voorziening (bijvoorbeeld een afscheider of een vijver) worden geplaatst. Dit kan wenselijk zijn als er geen vuil in de voorziening mag komen. Drijflaagschotten die op deze manier worden toegepast, worden ook wel duikschotten genoemd. Ligging Het drijflaagschot wordt doorgaans geïntegreerd met het plafond van een bergbezinkbassin en steekt meestal 0,20 m boven het waterpeil uit. De onderkant van het drijflaagschot bevindt zich doorgaans op 0,15 tot 0,40 m onder de bovenkant van de overstort.