Bergingskelder ontwerpen

Ruimtebeslag en lediging Een bergingskelder die benut moet worden onder het niveau van de (laagste) overstortdrempel en die onder vrij verval leegloopt, heeft een beperkte vulhoogte en neemt daardoor een groot oppervlak in beslag. Het ligt daarom voor de hand de bodem van de voorziening lager te leggen dan de leidingen van het stelsel waarvan de kelder onderdeel is en een pomp te gebruiken om het reservoir legen. Dan is er minder ruimte nodig. Eventueel kan een spoelpomp zorgen voor reiniging bij lediging van de bergingskelder.  Inhoud en bergingscapaciteit De relatieve inhoud (de bergingscapaciteit) van bergingskelders geldt ten opzichte van het aangesloten afvoerende oppervlak. De benodigde waterberging is vaak enkele millimeters ten opzichte van het afvoerende oppervlak. De inhoud van een rechthoekige kelder is eenvoudig te berekenen door de formule: lengte (l) ∙ breedte (b) ∙ hoogte (h). Afstemming in de ondergrond Bergingskelders zijn vaak grote ondergrondse voorzieningen en beïnvloeden kabel- en leidingtracés, die op hun beurt ook de (on)mogelijkheden voor de aanleg van bergingskelders bepalen. Denk hierbij aan de aanwezigheid van kruisingen of mantelbuizen voor andere leidingen. Eventuele omleggingen van aanwezige kabels en leidingen zijn vaak kostbaar. Functioneren tijdens neerslag De berging in de bergingskelder is aanvullend op de berging in andere voorzieningen, zoals riolen. Bij droog weer en weinig neerslag is de berging in de kelder daarom ook niet nodig. Alleen als het riool bij hevige neerslag vol zit, treedt de bergingskelder in werking. Als bij extreme neerslag ook de kelder vol raakt, kan er in de omgeving water op straat ontstaan.