Analyse en het gebruik van modellen

Meer informatie met modelberekeningen Met meetapparatuur meet u op bepaalde locaties in de riolering, bijvoorbeeld de opgetreden waterstanden en debieten. Met een rekenmodel berekent u op alle locaties in het systeem de waterstanden en debieten, dus ook waar geen praktijkmetingen plaatsvinden. Daardoor krijgt u meer informatie, ook over de onderlinge relaties tussen de metingen. Wanneer u meetgegevens met rekenmodellen combineert, moet u in het rekenmodel dezelfde neerslaggebeurtenis gebruiken als de neerslaggebeurtenis die tijdens de meting plaatsvond. De meetwaarden zijn namelijk het gevolg van de neerslag die gevallen is. Mogelijke analyses U vergelijkt en analyseert meetgegevens met de uitkomsten van hydraulische berekeningen om: De hydraulische prestaties van een rioolstelsel (zoals water op straat of de werking van in- en externe overstorten) te beoordelen. U beoordeelt dan of het rioolstelsel zich heeft gedragen zoals u dat gegeven de omstandigheden zou verwachten. De kwaliteit van uw theoretische rioleringsmodel te toetsen. U onderzoekt in hoeverre u met het model opgetreden en in de praktijk waargenomen situaties kunt reproduceren. Analyse van de afwijkingen tussen de gemeten en de berekende waarden geeft u informatie over structurele en geometrische fouten in uw rioleringsmodel. Om uw rioleringsmodel zo nauwkeurig mogelijk te krijgen, kunt u het model kalibreren. Daarbij stemt u gemeten en berekende waarden zo goed mogelijk op elkaar af door modelparameters aan te passen. Meer informatie over het combineren van metingen en modellen vindt u bij Modelleren hydraulisch functioneren.