Opinie Hugo Gastkemper

Vlaanderen

Publicatiedatum 31 mei 2017
Opinie - Hugo Gastkemper

Wendy Francken, directeur van VLARIO (Stichting RIONED’s zusterorganisatie in Vlaanderen), heeft mij gevraagd met een Nederlandse blik naar het Vlaamse stedelijk waterbeheer te kijken. Daar gaan we.

Het delen van de taal beneemt het zicht op wezenlijke verschillen tussen Vlaanderen en Nederland. Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat met relatief grote gemeenten (388 op 17,1 miljoen inwoners, Vlaanderen telt 308 gemeenten op 6,2 miljoen inwoners). Het Rijk houdt de Nederlandse gemeenten in toom met regels, toezicht, bestuurlijke afspraken, benoemde burgemeesters en centrale financiering. De gemeenten hechten zeer aan hun autonomie, maar in de praktijk proberen ze vaak op elkaar te lijken. Gemeenteraden vergelijken bijvoorbeeld de eigen rioolheffing met de buurgemeenten, ondanks de verschillen in omstandigheden, historie en beleidsdoelen.

Vlaanderen maakt deel uit van de federale bondsstaat België, maar heeft nauwelijks weet van Wallonië en Brussel. In presentaties op de VLARIO-dag zie ik steevast kaarten van Vlaanderen met wit eromheen. Paradoxaal zijn de Vlamingen gedisciplineerder dan Nederlanders, maar hebben ze een grotere scepsis jegens gezag. Een rol speelt dat België langer overheerst is geweest. Het land verklaarde zich in 1831 zelfstandig, terwijl de Nederlanden zich al in 1581 afscheidden.

Invloed van Europa

De bereidheid om rioolbelasting te betalen, is in Vlaanderen veel kleiner dan in Nederland, waar de rioolbelasting goeddeels kostendekkend is. De rioolheffing kwam in Vlaanderen pas van de grond door deze te verpakken als onderdeel van de drinkwaterprijs. Voor de aanleg van riolering en zuivering was Europa nodig met de Richtlijn Stedelijk Afvalwater en de Kaderrichtlijn Water. De zuiveringsgraad (het percentage gebouwen met een riolering die is aangesloten op een zuivering) is gestegen van 52% in 2000 naar 80% in 2014. Dat moet nog flink hoger, maar uit oogpunt van bescherming van waterkwaliteit niet per se tot de 99,5% aansluiting in Nederland. Individuele en kleinschalige zuiveringen zijn soms kosteneffectiever en goed genoeg voor het milieu, bijvoorbeeld in overbemeste gebieden.

Verschillen bij hemelwater

Bij de uitbouw van de riolering wordt in Vlaanderen in beginsel alleen een vuilwaterriool aangelegd. Particulieren moeten regenwater op eigen terrein verwerken. Bij een nieuwe eengezinswoning met een oppervlakte groter dan 40 m², is een regenwaterput van minstens 5.000 liter verplicht. Dit geeft een grote impuls aan het hergebruik van regenwater. Vlaanderen maakt effectief gebruik van de wet van de remmende voorsprong. In Nederland ontzorgen de gemeenten hun inwoners vaak nog zo veel mogelijk, door zowel vuilwater- als hemelwaterriolen aan te leggen en water dat op particulier terrein valt ook in de openbare ruimte te verwerken. Her en der kentert dat en wordt de perceeleigenaar verantwoordelijk gehouden of gemaakt voor de verwerking van het eigen hemelwater.

Innovaties 

Op het vlak van afvalwaterzuivering heeft Vlaanderen bereikt dat de zuiveringen voldoen aan de Europese lozingseisen. Maar op het gebied van geavanceerde zuiveringstechnieken en terugwinning van stoffen en energie zie ik nog weinig beweging. Of ontgaat mij wat?

Extreme buien

De zware regen in 2016 heeft in België tot veel meer schade geleid dan in Nederland. Het lijkt erop dat nog veel extra bergingscapaciteit nodig is. Hoog genoeg bouwen is een aanrader voor beide landen. Het Belgische heuvelland lijkt gevoeliger voor extremen dan ons platte land.

Gegevensbeheer

Vlaanderen heeft een voorsprong op het gebied van open rioleringsgegevens. Iedereen kan op Geopunt Vlaanderen kijken waar welk type rioolstelsel ligt. (Ga naar http://www.geopunt.be/kaart. Kies ‘Natuur en milieu’ en vervolgens ‘Riolering’.)

Samenwerking

Ik vind de Vlamingen handig in het leren van anderen. Zij benutten kennis en ervaringen die elders zijn opgedaan en passen deze zelf in in de eigen cultuur. Nederlandse bedrijven weten hierop in te spelen.

In zowel Nederland als Vlaanderen neemt de samenwerking tussen gemeenten toe. In Vlaanderen gaat dat via intercommunales (gemeenschappelijke regelingen) en overheidsgedomineerde bedrijven die het rioleringsbeheer voor gemeenten verzorgen. In Nederland zijn overal regio’s gevormd van gemeenten en hun waterschap om samen te werken aan kwaliteit en doelmatigheid. Zo voeren zij gezamenlijk activiteiten uit, delen ze werk en stemmen ze investeringen af.

Omgaan met risico's

Een opvallend verschil vind ik de waardering van gezondheidsrisico’s. Een tuinkraan waaruit regenwater komt, is voor Vlaanderen bijvoorbeeld gewoon, maar wordt in Nederland gezien als een ziektebron. Ander voorbeeld: in Nederland heb je bij een ongeluk voor je het weet de Onderzoeksraad voor Veiligheid en het Openbaar Ministerie op je dak. In het Vlaamse Wetteren viel een dode door giftig gas dat uit een verongelukte goederentrein via een oud riool in huis was gekomen. Het door de Vlaamse regering toegezegde onderzoeksrapport is nooit verschenen. Men kan er dus ook niet van leren.

Ik raad iedereen aan de Antwerpse ruien (het historische ondergrondse watergangenstelsel) te bezoeken. In Nederland zal zo’n attractie vanwege de risico’s nooit op deze wijze mogen worden opengesteld.

Overeenkomsten

Elk jaar ben ik op zowel de RIONEDdag als de VLARIO-dag. Daar zie ik bij de professionals dezelfde instelling, motivatie en betrokkenheid. Mede door deze houding en inzet zijn Vlaanderen en Nederland, ieder op eigen wijze, ver gekomen in het stedelijk waterbeheer.

Hugo Gastkemper
Reageren? Graag! Via LinkedIn, e-mail of telefoon: 0318 – 631 111.

Alle opinies