We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
De kantelbakneerslagmeter (in het Engels: tipping bucket) is de meestgebruikte neerslagmeter in het stedelijk waterbeheer. Op deze pagina vindt u informatie over het meetprincipe, de meetnauwkeurigheid en aandachtspunten voor het onderhoud.
Figuur A Binnenwerk kantelbakneerslagmeter, inclusief verwarmingselement (Bron: Leidraad Riolering module C2330) a class="js-lightbox" dat
Figuur A Binnenwerk kantelbakneerslagmeter, inclusief verwarmingselement (Bron: Leidraad Riolering module C2330) Vergroot afbeelding Meetprincipe De meter (zie figuur A) bestaat uit een wip met twee bakjes die om de beurt de neerslag opvangen. Als het ene bakje vol is, kantelt de wip en loopt het volle bakje leeg. Het andere bakje vult zich nu met neerslag. Elke keer dat de wip kantelt, registreert de meter een vaste hoeveelheid neerslag. De neerslaghoeveelheid in de bakjes bedraagt 0,1 tot 0,5 mm. De opvangoppervlakte bedraagt in de praktijk tussen de 200 en 500 cm2. Als de meter in de winter ook sneeuw en ijs zonder al te grote vertraging moet meten, hebt u een verwarmingselement nodig (zie figuur A). Meetopstelling en installatie Voor betrouwbare metingen moet de opstelling van het kantelbakje aan enkele eisen voldoen (zie de pagina Lokale neerslagmeter). Bij het installeren van de meter zelf kunt u de specificaties van de leverancier volgen. Onderhoud Het kantelmechanisme kan snel verstopt raken, bijvoorbeeld door vogelpoep of bladeren. Controleer de meter daarom minimaal eens per twee maanden. Verwijder het vuil en zorg dat de meter ook na de onderhoudswerkzaamheden waterpas staat. Een kantelbakneerslagmeter moet u periodiek kalibreren om over- en onderschatting van de gevallen neerslag te corrigeren1, 2, 3. Nauwkeurigheid Bij het kantelen van de bakjes is er altijd een moment dat neerslag niet in een bakje terechtkomt. Dit veroorzaakt een fout in de meting (onderschatting). Bij hevigere buien is deze fout groter, omdat het bakje dan relatief meer neerslag mist. Als het begint te regenen, kan een bakje nog gedeeltelijk gevuld zijn met neerslag van de vorige bui. Deze neerslaghoeveelheid hoort dan niet bij de nieuwe bui. De tijdregistratie van de start van de bui is dan ook niet correct, omdat het bakje sneller kantelt door de startvulling. Kantelbakneerslagmeters meten betrouwbaar tussen een minimale en maximale neerslagintensiteit. Voor vrijwel alle verkrijgbare typen ligt de ondergrens op ongeveer 10 mm/uur. De bovengrens ligt in het algemeen bij neerslagintensiteiten groter dan 200 mm/uur. Als u de kantelbakmeter volgens de specificaties van de leverancier opstelt en onderhoudt (inclusief jaarlijkse kalibratie), haalt u een nauwkeurigheid van 0,1 mm + 2%. 1 Luyckx, G. en Berlamont, J. (2001). Vereenvoudigde methode om neerslagmetingen van kantelbakpluviografen te corrigeren. Rioleringswetenschap jaargang 1, nr. 4. 2 La Barbera P., Lanza L. G. & Stagi L. (2002). Tipping bucket mechanical errors and their influence on rainfall statistics and extremes. Water Science and Technology, 45 (2), 1 – 9. doi: 10.2166/wst.2002.0020. 3 Kvicera V. & Grabner M. (2006). Dynamic calibration of tipping-bucket rain gauges and rainfall intensity data processing. Proceedings of EuCAP 2006 – 1st European Conference on Antennas and Propagation, 6 – 10 November, Nice, France, pp. 1 – 5. doi: 10.1109 / EUCAP.2006.4584771.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.