We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Vanwege de samenhang met andere beleidsvelden en beheertaken moeten aanpassingen in de riolering zorgvuldig gebeuren, met oog voor mogelijke effecten op andere (deel)systemen. Ter illustratie worden er op deze pagina enkele voorbeelden gegeven van relaties van de riolering met de omgeving. In het Wrp kunt hier aandacht aan geven.
Voorbeeld 1: aanpassen overstort Om de nadelige effecten van overstortingen op de kwaliteit van het ontvangende water te verminderen, zijn de afgelopen tien jaar flink wat riooloverstorten verplaatst naar minder kwetsbare locaties, afgeknepen of dichtgezet. Meestal toetsen gemeenten daarbij alleen of de druklijn in de nieuwe situatie bij bijvoorbeeld composietbui T=2 (kennisbankonderdeel Composietbuien
Voorbeeld 1: aanpassen overstort Om de nadelige effecten van overstortingen op de kwaliteit van het ontvangende water te verminderen, zijn de afgelopen tien jaar flink wat riooloverstorten verplaatst naar minder kwetsbare locaties, afgeknepen of dichtgezet. Meestal toetsen gemeenten daarbij alleen of de druklijn in de nieuwe situatie bij bijvoorbeeld composietbui T=2 (kennisbankonderdeel Composietbuien) niet boven het maaiveld uit komt. Maar vaak controleren ze niet of de druklijn niet boven laaggelegen huisaansluitingen uit komt van souterrains die al decennialang zonder terugslagklep op het rioolstelsel zijn aangesloten. Zo kan de kwaliteitsverbetering van oppervlaktewater voor toenemende wateroverlast en gezondheidsrisico's in woningen zorgen. Een ander effect van het saneren van overstorten kan zijn dat door de toename van hevige neerslag er eerder en langer water op straat komt te staan. Voorbeeld 2: herinrichting van wegen Bij het herinrichten van wegen verhogen veel gemeenten gelijkwaardige kruispunten integraal om de naderingssnelheid te verlagen. Maar dergelijke kruispunten vormen bij hoosbuien met water op straat een dam, waardoor het water niet kan wegstromen. Het water verzamelt zich ter plaatse, wat al snel tot extra wateroverlast kan leiden. Voorbeeld 3: dwarsprofiel van de weg Om het wandelcomfort van winkelend publiek en de rolstoeltoegankelijkheid in stadscentra te verbeteren, hebben veel gemeenten het traditionele weg- en trottoirprofiel vervangen door een vlak profiel. Hierdoor verdwijnt de berging van overtollig regenwater tussen de stoepranden, die in het traditionele wegprofiel met trottoirbanden al snel 30 tot 40 mm bedraagt. Gevolg is dat de kans op wateroverlast aanzienlijk toeneemt. Voorbeeld 4: verstopte duiker of uitstroomleiding overstort Besparen op het onderhoud van het watersysteem kan leiden tot meer wateroverlast. Bijvoorbeeld als de gemeente of het waterschap minder vaak maait of duikers minder vaak reinigt. Een toename van waterplanten of een ophoping van waterplantresten bij de instroom van duikers kan de waterstand in een watergang verhogen. Hierdoor wordt de kans groter dat er oppervlaktewater de riolering in stroomt via de overstorten. Ook de uitstroomleiding kan verstopt raken, waardoor water niet meer naar het oppervlaktewater kan stromen. In beide gevallen ontstaat een verminderde rioolafvoercapaciteit, met meer wateroverlast tot gevolg. Overigens kunnen waterplanten ook een verlaagde bergings- en afvoercapaciteit van de watergangen zelf geven, wat weer gevolgen heeft voor de afvoermogelijkheden van de riolering. Voorbeeld 5: zelf bouwen Voor een specifieke wijk heeft de gemeente besloten dat mensen zelf mogen bouwen. Daarbij geldt dat zij hemelwater bovengronds op de erfgrens moeten aanbieden. Het zelf bouwen blijkt nogal wat tijd in beslag te nemen. De tijd tussen de eerste en de laatste oplevering lijkt al snel tien jaar te worden. De gemeente besluit wegen en openbare verharding aan te leggen zodra 80% van de woningen klaar is. Ze laat de wegen op uitgiftepeil aanleggen. Dat de tuinen (die het regenwater bovengronds afvoeren) door zetting inmiddels 10 cm onder het wegpeil liggen, had niemand verwacht. Dat zorgt vervolgens voor wateroverlast in de tuinen. Voorbeeld 6: integraal werken, energietransitie, warmtenetten Integraal werken is een belangrijk onderdeel van de nieuwe Omgevingswet. Maatregelen in samenhang bezien, afstemmen met andere afdelingen en het samen met betrokkenen in de openbare ruimte ontwikkelen van visies en ambities wordt steeds meer gemeengoed. Dat betekent dat u als betrokkene bij de gemeentelijke watertaken uw collega's van andere sectoren/afdelingen vroegtijdig betrekt bij het ontwikkelen van maatregelen voor uw watertaken. En vice versa, als het goed is! Ook de energietransitie zal een forse invloed op uw planning van maatregelen kunnen gaan hebben. Bijvoorbeeld doordat u aan de ene kant uw eigen werkprocessen zo inricht dat u het energie- en grondstoffengebruik minimaliseert, en aan de andere kant de vervanging en de verbetering van de riolering zo goed mogelijk probeert af te stemmen op de planningen om wijken te voorzien van warmtenetten. Zo hoeft de wijk maar één keer op de schop en wordt overlast verminderd. Vroegtijdig inzicht in planningen van andere betrokkenen is noodzakelijk om kapitaalvernietiging daarbij zoveel mogelijk te voorkomen.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.