We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Randvoorzieningen moeten de hoeveelheid afvalwater en de vuilemissie vanuit het rioolstelsel in het oppervlaktewater verminderen. Aan de hand van metingen kunt u bepalen of ze dat in de praktijk ook daadwerkelijk doen. Hiervoor meet u eerst het geloosde volume en de vuilconcentratie van het geloosde water. Vervolgens berekent u het rendement van de voorziening om inzicht te krijgen in het functioneren. Op deze pagina vindt u hiervoor een standaard meetopzet.
Functies bergbezinkvoorzieningen De meest toegepaste typen randvoorzieningen zijn bergbezinkvoorzieningen in de vorm van een bergbezinkbassin of een bergbezinkleiding. Bergbezinkvoorzieningen hebben twee belangrijke functies: ze bergen afvalwater, zodat minder afvalwater overstort in het oppervlaktewater;
Functies bergbezinkvoorzieningen De meest toegepaste typen randvoorzieningen zijn bergbezinkvoorzieningen in de vorm van een bergbezinkbassin of een bergbezinkleiding. Bergbezinkvoorzieningen hebben twee belangrijke functies: ze bergen afvalwater, zodat minder afvalwater overstort in het oppervlaktewater; ze scheiden vuil door deeltjes in de voorziening te bezinken, zodat tijdens overstortingen minder vuil in het oppervlaktewater terechtkomt. Om de emissie te berekenen, meet u waterstanden waaruit u het geloosde volume afleidt en meet u de vuilconcentratie van het geloosde water. Meetlocaties, -frequentie, -nauwkeurigheid en -bereik Tabel A geeft een overzicht van de meetopzet om de hoeveelheid afvalwater, het vuilgehalte en het rendement van een bergbezinkvoorziening te berekenen, met bijbehorende nauwkeurigheden, frequentie en bereik. Tabel A Meetopzet voor functioneren bergbezinkvoorziening Meting Locatie Meetonzekerheid Frequentie Type Meetbereik Bemonstering Voor interne overstort 1/2min Volume Voor externe overstort 1/2min Volume Overstort Bovenstrooms interne overstort +/- 10 mm 1/min Momentaan Van putbodem tot maaiveld Benedenstrooms interne overstort +/- 10 mm 1/min Momentaan Van putbodem tot maaiveld Bovenstrooms externe overstort +/- 10 mm 1/min Momentaan Van putbodem tot maaiveld Benedenstrooms externe overstort +/- 10 mm 1/min Momentaan Van putbodem tot maaiveld Debiet Vrije in- en uitstroomleiding +/- 5% Full Scale 1/min Momentaan en cumulatief 0 - 110% van de maximale capaciteit Meetperiode Wanneer en hoe lang u gaat meten, is afhankelijk van uw meetdoel én van de dynamiek van het type meting. Als u de emissie en het rendement van een randvoorziening wilt vaststellen, kunt u het best gedurende een tot twee jaar meten. Meer informatie vindt u bij Meetopzet: welke meetperiode?. Meetopzet bergbezinkvoorziening U bent geïnteresseerd in het vullings- en ledigingsgedrag en het rendement van een bergbezinkvoorziening. Daarvoor meet u de waterstanden aan de rioolzijde van de interne overstortmuur en in de voorziening nabij de externe overstortmuur (zie figuur A). Als de waterstand aan de benedenstroomse kant van de externe overstortmuur invloed heeft op de overstortende hoeveelheid water, meet u ook de waterstand aan de uitstroomzijde van de overstortmuur. In de praktijk kan het voorkomen dat u ook achter de interne overstortmuur (in de voorziening) een niveaumeter moet installeren. Dit is het geval als er tussen de interne en externe overstortmuur een groot hydraulisch verhang optreedt, bijvoorbeeld in een bergbezinkleiding. Figuur A Principe meetopstelling voor een bergbezinkvoorziening (Bron: M. van Bijnen Advies) Vergroot afbeelding Inzicht in vullen en ledigen bergbezinkvoorziening De waterstanden bij de interne en externe overstortmuur geven u informatie over hoe vaak beide overstorten in werking treden. Om inzicht te krijgen in het vullings- en ledigingsgedrag van de voorziening meet u de waterstanden vanaf de bodem van de voorziening of overstortput. Hiermee weet u ook hoe vaak de interne en externe overstort in werking treden. Meet de waterstand in de overstortput op enige afstand van de overstortdrempel. Door de lagere stroomsnelheid meet u daar een waterstand die beter overeenkomt met de energiehoogte. U berekent dan een debiet dat beter overeenkomt met de werkelijkheid. Meer informatie vindt u bij het voorbeeld van een meetopzet bij een overstort. Inzicht in samenstelling (vuilconcentraties) afvalwater Om het rendement van een bergbezinkvoorziening te berekenen, hebt u ook informatie nodig over de samenstelling van het afvalwater. De emissie vanuit de externe overstort in het oppervlaktewater berekent u door in het overstortende afvalwater de concentraties van vooraf gekozen parameters te meten. Denk aan: nutriënten, microverontreinigingen, zware metalen, zuurstofbindende stoffen, hygiënische en algemene parameters. Voor deze metingen gebruikt u een monsternamekast. U neemt hoogfrequent (elke 2 minuten) watermonsters direct vóór de interne en direct vóór de externe overstortdrempel. Gedurende een aantal buien of dagen verzamelt u elke 2 minuten op beide locaties een watermonster. Deze monsters verzamelt u in een vat, u hebt dan een verzamelmonster van de interne overstort en een van de externe overstort. Beide verzamelmonsters laat u analyseren en dat levert u een representatieve gemiddelde concentratie per parameter op. Als u de concentratie met het berekende overstortvolume vermenigvuldigt, krijgt u de vuilemissie (vuilvracht) van de gekozen parameter. Rendement bergbezinkvoorziening berekenen Rendement vuilconcentratie Nadat u het interne en externe overstortvolume volumeproportioneel hebt bemonsterd, weet u wat de verschillende vuilconcentraties in het afvalwater zijn. Per parameter kunt u nu berekenen hoeveel kg van elke parameter in de voorziening komt en de voorziening weer uitgaat. Dit doet u door de hoeveelheid afvalwater met de concentratie te vermenigvuldigen. Het verschil tussen de inkomende en uitgaande vracht is het totaalrendement, uitgedrukt als percentage van de inkomende vracht (zie de formule in figuur B). Op deze manier berekent u het totaalrendement van de voorziening voor de verschillende stoffen. Rendement bezinking Het bezinkingsrendement berekent u op dezelfde wijze als het rendement voor de vuilconcentratie. U drukt het verschil tussen de vuilconcentratie van het inkomende en uitgaande volume uit als percentage van de inkomende vuilconcentratie. Dit berekent u voor meerdere gebeurtenissen gedurende een periode van 1 tot 2 jaar. Het totale rendement is een volumegewogen gemiddelde van de rendementen per gebeurtenis. Figuur B Formule berekenen totaalrendement bergbezinkvoorziening (Bron: Stichting Wateropleidingen) Vergroot afbeelding
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.