Uitleg formules

De rising-headtest is te gebruiken om de doorlatendheid te bepalen van een homogeen pakket of van een tweelaags bodemprofiel. In beide gevallen wordt in het algemeen de formule van Ernst (1950) gebruikt. Deze module gaat alleen in op de uitwerking van een homogeen bodemprofiel. (De diepte van de meting is zó te kiezen dat eventuele stoorlagen voldoende diep liggen ten opzichte van het meettracé.) Uitleg formules Voor een homogene laag heeft Ernst de volgende formule afgeleid: .Vergroot afbeelding De geometrische factor C staat in de volgende relatie: .Vergroot afbeelding Deze componenten staan in figuur A. Figuur A Opstelling rising-headtest Vergroot afbeelding Als C is bepaald, moet u het juiste traject van de metingen kiezen. Dit is het makkelijkst als u h tegen t uitzet in een lineaire grafiek. Voor de berekening van de k-waarde kiest u het deel van de meting waar de ∆h min of meer constant is (mag geleidelijk wat afnemen). In de grafiek is dat te zien als een rechte lijn. (De ∆h is ook tegen t uit te zetten. Dan is het te kiezen traject een horizontale rechte lijn.) Het eerste deel van de meting valt meestal af vanwege lekkage langs de wanden van het boorgat (zie Falling-headtest in boorgat of peilbuis). Het gekozen traject moet wel zo veel mogelijk in het begin van de meting liggen. De proef is namelijk niet meer betrouwbaar als er meer water is teruggestroomd dan een kwart van de verlaagde waterkolom (∆h < 1⁄4h(t1)) (zie Falling-headtest in boorgat of peilbuis). Als u een bepaald traject hebt gekozen, kunt u de ∆h en ∆t bepalen door de waarden aan het begin- en eindpunt van het traject van elkaar af te trekken. De k-waarde kunt u nu direct berekenen met formule B9.1. De (overige) formules vindt u in Determining the Saturated Hydraulic Conductivity (Oosterbaan, R.J. en Nijland, H.J. 1994) en Drainage principles and applications (Ritzema, H.P. (ed). ILRI publ.16 (2nd ed., Wageningen, pp. 435-476).