Een uitlaat is in het algemeen een leiding aan de rand van een systeem die bijvoorbeeld een hemelwaterstelsel en een oppervlaktewatersysteem met elkaar verbindt.

Figuur A UitlaatVergroot afbeelding

Een uitlaat schematiseert u als een knoop die het ontvangende watersysteem representeert, verbonden aan een uitstroomleiding. Deze kunt u beschouwen als een normale leiding met een aangepaste uitstroomverliescoëfficiënt. Deze hangt af van de specifieke situatie en de aanwezigheid van kleppen, roosters et cetera. Als de uitstroomverliescoëfficiënt niet eenvoudig te bepalen is, kunt u het best uitgaan van een coëfficiënt van 1, oftewel: alle kinetische energie gaat verloren in het uitstroomproces (een veilige aanname).

Aandachtspunten

  • Neem de buitenwaterstand correct op, dit in verband met het juist in rekening brengen van het drukverschil over uit uitlaat.
  • Neem (korte) uitstroomleidingen achter een overstort (overstorleidingen) altijd in de schematisering mee, de aanwezigheid hiervan kan aanleiding geven tot het ontstaan van een onvolkomen overlaat situatie.
  • Neem de stromingsweerstand door de aanwezigheid van roosters of kleppen in een afzonderlijke Q-H-relatie op. Gebruik hiervoor gegevens van de leverancier, of indien deze niet voorhanden zijn ga dan van uit literatuurwaarden (bijvoorbeeld: Idel'chik, 19661) of in-situmetingen.

1 Idel'chik, I.E. (1966). Handbook of Hydraulic Resistance; Coefficents of Local Resistance and of Friction. Copyright Israel Program for Scientific Translations Ltd. IPST Cat. No. 1505.

Heeft u suggesties? Laat het ons weten!

Stuur uw suggestie.
Vorige artikel Volgende artikel