Voorbeelden RTC-regels

De capaciteit van pomp A (regelpunt) neemt lineair toe van Qa.min tot Qa.max voor een waterpeilvariatie op locatie B (meetpunt):
QA=Qa.min voor HB<HB.min
QA=Qa.min +(Qa.max-Qa.max)/(HB.max-HB.min)(HB-HB,min)              voor           HB.min<HB<HB.max
QA=Qa.max voor HB>HB.max

Controleer bij het opnemen van sturingsregels in het model steeds of de genoemde maximale en minimale waarden voor debieten en waterstanden niet in strijd zijn met de overige beschikbare gegevens. Denk aan pompkarakteristiek, lokale maaiveldhoogte en het laagste lokale punt in het systeem.

Regelingen met grenswaarden

Vaak kunt u ook 'regelingen' in de vorm van grenswaarden opgeven, bijvoorbeeld:

Status Klep A = open als HB>=Hgrens
Status Klep B = dicht als HB<Hgrens

Een dergelijke regeling kan ertoe leiden dat een klepstand plotseling wijzigt binnen een rekentijdstap. Dat kan weer leiden tot instabiliteit in de berekening. Daarom kunt u het best een 'tabelregeling' invoeren, waarbij de betreffende klep geleidelijk opent en sluit.

Controle randvoorzieningen

Het gaat hier steeds om het aanpassen van de hydraulische karakteristieken van elementen in het gemodelleerde systeem, afhankelijk van wat elders in het systeem gebeurt en/of andere relevante condities. Een mooi voorbeeld van dit laatste is de volgende regeling waarmee randvoorzieningen (bijvoorbeeld een bergbezinkbassin) in gemengde rioolsystemen worden gecontroleerd Eerst wordt de berging in het rioolstelsel vrijgemaakt voor een eventuele volgende bui, pas daarna wordt de randvoorziening geledigd. Tijdens het wachten op het ledigen van de randvoorziening worden (optioneel) spoelpompen aangestuurd die als doel hebben sedimentatie te beperken en zuurstofloosheid van het stagnante water te voorkomen.

ALS het bassin (deels) vol is (H>Hleeg)  EN er het afgelopen half uur een neerslagsom van 0 is waargenomen EN het waterpeil in de gemaalkelder van hoofdrioolgemaal <Hcrit
DAN
      Status ledigingsgemaal = AAN, status spoelpompen = INTERMITTEREND
ANDERS
    ALS het bassin (deels) vol is (H>Hleeg) EN er het afgelopen half uur een neerslagsom van 0 is waargenomen EN het waterpeil in de gemaalkelder van hoofdrioolgemaal >Hcrit 
    DAN
     Status ledigingsgemaal = UIT
     (INDIEN AANWEZIG) status spoelpompen = AAN
    EIND
EIND

(Hierbij speelt dus behalve de toestand van het systeem ook de externe factor 'neerslag' een rol in de aansturing.)

Figuur A Schema randvoorzieningVergroot afbeelding

Anticiperende sturing riool en rwzi

De literatuur vermeldt ook wel regelingen die anticiperen op verwachtingen omtrent neerslag en/of dwa-belastingen. Maar voor een succesvol RTC-gebruik moeten de voorspellingshorizon en de reactietijd van het systeem dan minimaal van dezelfde orde zijn. Een sterk vereenvoudigde vorm van een dergelijke anticiperende sturing voor de combinatie van een rioolstelsel en de rwzi kan zijn:

Neerslagverwachting binnen 24 uur < 4 mm neerslag: Status systeem is dwa-modus
Neerslagverwachting binnen 24 uur > 4 mm neerslag: Status systeem is hwa-modus

Hierbij gaat het dan met name om bijvoorbeeld dwa-buffering voor een rwzi die tijdens dwa te maken heeft met tijdelijke overbelasting.  Belangrijk bij deze regeling is dat de neerslagverwachting voor de komende 24 uur voldoende nauwkeurig is.

Heeft u suggesties? Laat het ons weten!

Stuur uw suggestie.
Vorige artikel Volgende artikel