We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
In het omgevingsplan staan de regels voor het lozen van grondwater bij ontwatering (zoals drainage of bouwputbemaling), die voorheen in een landelijk lozingsbesluit stonden (onderdeel van de 'bruidsschat'). De gemeente moet die regels vóór 2030 omzetten naar de eisen van de Omgevingswet en kan daarbij eigen keuzes en gebiedsgerichte aanpassingen maken. Zo kan zij de maximale hoeveelheid te lozen grondwater in het vuilwaterriool per gebied regelen.
In de bruidsschat voor het omgevingsplan staat de regel voor de maximale hoeveelheid te lozen grondwater (zie het kader). Artikel 22.140 Lozen van grondwater bij ontwatering 1. Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan grondwater bij ontwatering, dat niet afkomstig is van een bodemsanering, een grondwatersanering of een onderzoek voorafgaa
In de bruidsschat voor het omgevingsplan staat de regel voor de maximale hoeveelheid te lozen grondwater (zie het kader). Artikel 22.140 Lozen van grondwater bij ontwatering 1. Met het oog op het doelmatig beheer van afvalwater kan grondwater bij ontwatering, dat niet afkomstig is van een bodemsanering, een grondwatersanering of een onderzoek voorafgaand aan een bodemsanering of grondwatersanering en dat geen drainagewater als bedoeld in paragraaf 4.77 van het Besluit activiteiten leefomgeving is, worden geloosd op of in de bodem of in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater. 2. Voor het lozen van dat grondwater in een schoonwaterriool is de emissiegrenswaarde voor onopgeloste stoffen 50 mg/l en voor ijzer 5 mg/l, gemeten in een steekmonster. 3. Voor het lozen van dat grondwater in een vuilwaterriool is de emissiegrenswaarde voor onopgeloste stoffen 300 mg/l. 4. Het lozen van dat grondwater in een vuilwaterriool duurt niet langer dan 8 weken en de geloosde hoeveelheid is ten hoogste 5 m3/u. 5. Het tweede tot en met vierde lid zijn niet van toepassing op het lozen van grondwater afkomstig van ontwatering bij wonen. Omdat niet alle vuilwaterstelsels binnen een gemeente dezelfde capaciteit hebben, is het goed denkbaar dat de gemeente de norm van 5 m3/u in het vierde lid in bepaalde gebieden verruimt en in andere gebieden juist strenger maakt. Dat kan op twee manieren. Variant 1: normwaarde De eerste mogelijkheid is om een zogeheten normwaarde te gebruiken. Deze waarde neemt de gemeente op in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Met een prik op de kaart krijgt een initiatiefnemer bij het lezen van de regels de waarde op die locatie te zien. Als de gemeente zo’n normwaarde hanteert, kan zij het maximale lozingsdebiet per gebied vastleggen en is in het omgevingsplan niet voor elk gebied een nieuw lid nodig (zoals bij variant 2). Het vierde lid in artikel 22.140 luidt dan: (…) 4. Het lozen van dat grondwater in een vuilwaterriool duurt niet langer dan 8 weken en de geloosde hoeveelheid is ten hoogste <normwaarde>. De tekst van het artikel is dus steeds hetzelfde, maar per gebied toont het DSO een andere waarde in het artikel. Die waarde hangt af van de locatie die de gebruiker heeft gekozen. Variant 2: debiet per gebied in afzonderlijke leden De tweede mogelijkheid is om per gebied een afzonderlijk lid te introduceren met de bijbehorende waarde (zie het kader hieronder). Dit levert wel een (iets) langer artikel op in het omgevingsplan. Ook de verschillende gebieden in lid 5 en verder staan digitaal in het DSO. (…) 4. Het lozen van dat grondwater in een vuilwaterriool duurt niet langer dan 8 weken. 5. De geloosde hoeveelheid is in [gebied A] ten hoogste [x] m3/u. 6. De geloosde hoeveelheid is in [gebied B] ten hoogste [y] m3/u. [etc.] Grondwater van huishoudens in vuilwaterriool verbieden De bruidsschatregels voor grondwaterlozingen maken het voor huishoudens in principe mogelijk om grondwater te lozen in het vuilwaterriool. Als er een goed alternatief is (zoals lozen in een hemelwaterriool of in oppervlaktewater), kan de gemeente een huishouden verplichten de lozing in het vuilwaterriool te beëindigen. Als het om een of enkele woningen gaat, kan de gemeente hiervoor een maatwerkvoorschrift gebruiken (op grond van art. 22.45 van de bruidsschat van het omgevingsplan). Wanneer op grotere schaal huishoudens grondwater in de vuilwaterriolering lozen, is het efficiënter om in het omgevingsplan regels voor afkoppelen op te nemen.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.