We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
De gemeente Apeldoorn heeft met drie praktijksituaties kennis en goede ervaringen opgedaan met de toepassing van assetmanagement. Assetmanagement is voor Apeldoorn een vervolgstap in het professionaliseren van het rioleringsbeheer. De gemeente heeft in de proeftuin kennis en ervaring opgedaan door drie voorbeelden als casestudies uit te werken. Bij deze praktijkproblemen speelt zowel de vraag 'hoe erg is het?' als de
De gemeente Apeldoorn heeft met drie praktijksituaties kennis en goede ervaringen opgedaan met de toepassing van assetmanagement. Assetmanagement is voor Apeldoorn een vervolgstap in het professionaliseren van het rioleringsbeheer. De gemeente heeft in de proeftuin kennis en ervaring opgedaan door drie voorbeelden als casestudies uit te werken. Bij deze praktijkproblemen speelt zowel de vraag 'hoe erg is het?' als de vraag 'wat is de beste aanpak?', namelijk: overlast van overstortvijvers; water op straat in het algemeen; een probleem met water in één woning. Inhoud proeftuin Per case heeft de gemeente in de proeftuin de volgende stappen doorlopen: Probleem vaststellen: risico's inventariseren en structureren. Risico's prioriteren in de risicomatrix om voor de grootste risico's als eerste maatregelen te bepalen. Belangrijkste risico's analyseren: de achterliggende oorzaken en condities bepalen en de invloed hiervan op de bedrijfswaarden helder maken. Resultaten documenteren. Dit geeft transparantie in de besluitvorming en is te gebruiken om de kwaliteit van risicoanalyses en de effectiviteit van genomen maatregelen te meten. De gemeente heeft de geprioriteerde risico's vertaald in ontwerpvraagstukken. De kansrijke risicobeheersmaatregelen (alternatieven) zijn vergeleken met het uitgangspunt ‘niets doen' (de zogenaamde nuloptie). Per alternatief heeft de gemeente de prestaties beoordeeld en onzekerheden in de zogenaamde maximalespijtanalyse bepaald. De maatregelen heeft zij in rangorde van efficiëntie (risicoreductie per euro) weergegeven. Resultaten De basis voor het model in het eerdergenoemde werkrapport is geschaald naar de grootte van Apeldoorn. Het doel van het besluitvormingsmodel is efficiënte besluitvorming. Centrale vragen hierin zijn: Wat vind je erg? Hoe vaak mag het voorkomen? Wat heb je ervoor over om het te voorkomen? De antwoorden op deze vragen maken het besluitvormingsmodel specifiek. De ontwikkelde risicomatrix geeft de maatschappelijke kosten- en batenanalyse concrete handen en voeten. Apeldoorn wil de werkwijze voor de risicoanalyses en keuze van beheersmaatregelen continueren. De inhoudelijke beschrijving van het ontwikkelde besluitvormingsmodel vindt u in het eindrapport van de proeftuin. De proeftuindeelnemers kunnen de assetmanagementsystematiek van bedrijfswaardenraamwerk en besluitvormingsmodel nu zelf toepassen. Dit geeft input voor bestuurlijk draagvlak en een startpunt waarmee de gemeente het benodigde budget kan bepalen voor beheersbare risico's. Het opgeleverde bedrijfswaardenraamwerk gaat de gemeente gebruiken bij het opstellen van het gemeentelijk rioleringsplan (GRP), dat eind 2015 klaar moet zijn. Dit maakt de besluitvorming transparant en herleidbaar. Conclusies De belangrijkste vraagstukken waarvoor maatregelen nodig zijn, zijn met de risicomatrix te identificeren. Dit is in de proeftuin binnen de beoordeelde risico's gelukt. Of het voor andersoortige risico's ook werkt, moet in de praktijk blijken. Ook bleek het besluitvormingsmodel geschikt om de beste oplossing voor de individuele vraagstukken te bepalen. Tot slot was het ook mogelijk de beste maatregelenset voor alle relevante vraagstukken bij elkaar te kiezen. De methodiek sluit aan bij de in Apeldoorn al bestaande systematiek met intern opdrachtgeverschap tussen de afdelingen Ruimtelijke Leefomgeving (in de rol van assetmanager) en Beheer en Onderhoud (in de rol van dienstverlener). Met de systematiek kon het projectteam helder maken dat het zinvol kan zijn 50.000 euro te investeren voor een knelpunt bij slechts één woning. Als andere vakgebieden binnen de gemeente de methodiek in de toekomst ook gebruiken, zijn zo alle werkzaamheden in de openbare ruimte transparant te programmeren en prioriteren. Aanbevelingen Maak tijd vrij om de methode te leren toepassen en in te bedden in de organisatie. Het registreren van de analyse en het besluit kost de meeste tijd. Maar het levert wel een grote transparantie op. Bovendien zijn later de overwegingen in een analyse nog te herleiden. Met de gevoeligheids- en maximalespijtanalyse werd duidelijk welke maatregelen wel en welke mogelijk geen rendement hebben. Voor risico's met een grote onzekerheid en maatregelen waarvoor de levensduurkosten substantieel zijn, is een gevoeligheids- en maximalespijtanalyse aan te raden. Voor de proeftuin was het aantal geïnventariseerde en geanalyseerde risico's klein. Maar de benoemde risico's gelden voor meer gemeenten. Daarom is het aan te raden dat gemeenten risico's generiek definiëren, analyses delen en al opgedane kennis van proeftuinen hergebruiken. Stichting RIONED ontwikkelt daartoe dit jaar een handreiking mede op basis van alle tot nu toe opgedane ervaringen van de assetmanagementproeftuinen.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.