We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Principe vgs 2.0 Een vgs 2.0 is een ‘geoptimaliseerd’ verbeterd gescheiden stelsel dat schoon water lokaal loost in het oppervlaktewater en vies water uit bijvoorbeeld foutaansluitingen naar de rwzi stuurt. Een vgs 2.0 kent een normaal vuilwaterstelsel met vuilwatergemaal richting rwzi en een hemelwaterstelsel met een hemelwatergemaal met twee afvoerroutes: één richting vuilwaterstelsel en één naar oppervlaktewater (zi
Principe vgs 2.0 Een vgs 2.0 is een ‘geoptimaliseerd’ verbeterd gescheiden stelsel dat schoon water lokaal loost in het oppervlaktewater en vies water uit bijvoorbeeld foutaansluitingen naar de rwzi stuurt. Een vgs 2.0 kent een normaal vuilwaterstelsel met vuilwatergemaal richting rwzi en een hemelwaterstelsel met een hemelwatergemaal met twee afvoerroutes: één richting vuilwaterstelsel en één naar oppervlaktewater (zie figuur A). Koppelputten of eventuele andere verbindingen tussen beide stelsels zijn dichtgezet of niet aanwezig. Figuur A Principeschema vgs 2.0 Vergroot afbeelding Infrastructuur vgs 2.0 Het vgs 2.0 heeft een ruimere stuurmacht dan een standaard vgs om zo actiever de waterstromen te kunnen beïnvloeden. Concreet betekent dit (meestal) dat het hemelwatergemaal van een vgs 2.0 twee aparte pompen heeft: één pomp die het vieze water afvoert naar de kelder van het naastgelegen vuilwatergemaal (P3 in figuur A) en één pomp die het schone water afvoert naar het dichtstbijzijnde oppervlaktewater (P4 in figuur A). Zo is water in het hemelwaterstelsel niet alleen richting rwzi te verpompen (zoals in een normaal vgs), maar ook actief naar het oppervlaktewater en dus niet meer alleen passief als het water over de overstort gaat. Een sturingsalgoritme bepaalt wanneer welke pomp operationeel is. Het principeschema van vgs 2.0 met een actieve afvoer naar zowel rwzi als oppervlaktewater lijkt veel op een uitvoeringsvariant van vgs (variant 4) die al eerder op enkele locaties in Nederland is toegepast, maar wel met enkele belangrijke verschillen: De pomp in het hemelwatergemaal richting rwzi (P3) voert af naar de kelder van het vuilwatergemaal en niet direct in de persleiding van de vuilwaterpompen P1 en P2. De reden hiervoor is onafhankelijkheid. In de praktijk blijkt dat het functioneren van het vuilwatergemaal invloed kan hebben op het functioneren van het hemelwatergemaal. Bij grote buien, als P1 en P2 langdurig en continu operationeel zijn om (foutief aangesloten) hemelwater via het vuilwaterstelsel af te voeren, krijgt P3 geen kans om vies water in het hemelwaterstelsel af te voeren richting rwzi. Een onafhankelijke afvoer van P3 voorkomt dit. Zeker bij nieuwe stelsels is de aanvoer van water vanuit (huishoudelijke) foutaansluitingen meestal beperkt. Een pompcapaciteit richting rwzi (P3) van 0,01 mm/h (ofwel 0,1 m3/h/ha) volstaat in principe om de hoeveelheid water tot 10% foutaansluitingen te kunnen verwerken. Hierdoor kan de capaciteit van P3 een factor 30 kleiner zijn dan de ontwerprichtlijn van 0,3 mm/h. Een gemaalregeling kan de daadwerkelijke afvoer nog verder beperken door bijvoorbeeld looptijdbeperking. Als andere bronnen dan huishoudelijke foutaansluitingen ook vies water in het hemelwaterstelsel lozen, moet de pompcapaciteit uiteraard hierop aangepast worden. De capaciteit van de pomp naar het oppervlaktewater (P4) is bij voorkeur juist beduidend groter dan de ontwerprichtlijn van 0,3 mm/h. Een grote pomp kan het hemelwaterstelsel na afloop van een bui snel legen, waarna een sturingsalgoritme (dat bijvoorbeeld onderscheid maakt tussen dwa en hwa) weer actief kan worden. Met een capaciteit van bijvoorbeeld 0,6 mm/h (ofwel 6 m3/h per hectare verhard oppervlak) halveert de ledigingstijd van een stelsel met 4 mm berging tot circa 6,5 uur. Stuurmacht maakt toekomstbestendig Door het hemelwaterstelsel uit te rusten met veel stuurmacht, is de omgang met het hemelwater en overig water in het stelsel flexibel en daardoor toekomstbestendig. Als het systeem niet optimaal functioneert (bijvoorbeeld door voortschrijdend inzicht, een toegenomen aantal foutaansluitingen of een beleidswijziging), is het functioneren van het hemelwaterstelsel eenvoudig te verbeteren door het sturingsalgoritme aan te passen. Kostbare aanpassingen aan de infrastructuur zijn dan vaak niet nodig. Toepasbaarheid en kosten Het vgs 2.0-concept is op zowel bestaande vgs als bestaande gescheiden stelsels (gs) toe te passen. Voor dit laatste type stelsel kan vgs 2.0 een end-of-pipe-oplossing zijn voor een probleem met foutaansluitingen. Daarmee biedt het een alternatief voor het opsporen en verhelpen van de foutaansluitingen. De mate van inspanning (en dus kosten) om bestaande vgs en gs naar vgs 2.0 om te bouwen, hangt sterk af van de huidige inrichting van de stelsels. Meer informatie over de kosten voor het ombouwen naar vgs 2.0: Financiële overwegingen bij optimalisatie vgs naar vgs 2.0 Voorbeelden vgs 2.0 in de praktijk
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.