We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Een goede meting begint bij het juiste gebruik van het meetinstrument. Bij regenmeters gaat het dan vooral om een goede opstelling en regelmatig onderhoud. Een onjuiste meteropstelling of slecht onderhoud kan tot zeer grote meetafwijkingen leiden. De locatie van de regenmeter is erg belangrijk. Uit recent gepubliceerd onderzoek1 blijkt dat een verkeerde meterlocatie al snel kan leiden tot een onderschatting van de gemeten neerslag v
Een goede meting begint bij het juiste gebruik van het meetinstrument. Bij regenmeters gaat het dan vooral om een goede opstelling en regelmatig onderhoud. Een onjuiste meteropstelling of slecht onderhoud kan tot zeer grote meetafwijkingen leiden. De locatie van de regenmeter is erg belangrijk. Uit recent gepubliceerd onderzoek1 blijkt dat een verkeerde meterlocatie al snel kan leiden tot een onderschatting van de gemeten neerslag van meer dan 10%. Dit kwam naar voren uit een analyse van de meetreeksen van twaalf kantelbakregenmeters. Voor een betrouwbare neerslagmeting is het dus belangrijk zo goed mogelijk aan te sluiten bij de opstellingseisen van de World Meteorological Organization2. De WMO-eisen voor de opstelling van een regenmeter zijn: de bovenrand van de meter moet waterpas zijn; om windinvloeden te beperken, mag de meter maximaal 0,4 m boven het maaiveld staan; om opspatten van neerslag in de regenmeter te voorkomen, mag het gebied om de meter niet verhard zijn; het dichtstbijzijnde obstakel moet op een afstand van minimaal 4 maal de obstakelhoogte van de meter staan. Windeffecten De laatstgenoemde WMO-eis betekent dat een regenmeter minimaal 12 m van een 3 m hoge boom moet staan of minimaal 80 m van een 20 m hoog gebouw. Zo veel vrije ruimte is in Nederlandse steden meestal niet beschikbaar. Daarom plaatsen gemeenten de regenmeter vaak op het dak van een gemeentelijk gebouw. Daar is voeding beschikbaar en is de meter relatief veilig voor vandalisme. Het nadeel is dat wind de neerslagmeting op een gebouw sterk beïnvloedt. Wind die om en over de regenmeter waait, kan voor turbulentie boven de meter zorgen. Hierdoor kan de wind regendruppels tot over de regenmeter voeren, wat tot een afwijking (vaak onderschatting) van de regenmeting leidt. Uit onderzoek3 blijkt dat de onderschatting van de hoeveelheid neerslag als gevolg van wind direct afhankelijk is van de windsnelheid. Als vuistregel geldt dat bij een windsnelheid van x m/s, x% registratieverlies optreedt. Dit betekent bij een windsnelheid van 10 m/s een gemiddeld registratieverlies van 10%. In de praktijk kan dit bij harde wind dus tot grote meetfouten leiden. Tegenwoordig zijn regenmeters verkrijgbaar met windschermen die dit effect deels tegengaan. Engelse opstelling Om de windeffecten te minimaliseren, past het KNMI de zogenaamde Engelse opstelling toe. Hierbij staat de regenmeter in een opgehoogde kuil van 3 m doorsnede, waarin een bodem van kiezelstenen ligt. De regenmeter steekt niet boven de rand van de kuil uit. Hierdoor heeft de wind weinig invloed op de vallende neerslag en zijn de metingen nauwkeuriger. Bij neerslagmetingen met een regenmeter spelen in de zomer verdamping en bevochtigingsverliezen ook een rol. Maar bij flinke neerslaghoeveelheden zijn deze invloeden verwaarloosbaar klein. 1Schilperoort, R.P.S. (2011). Monitoring as a tool for the assessment of wastewater quality dynamics. Proefschrift TU Delft (319 pagina’s). ISBN /EAN 978-90-8957-021-5. Prom: Prof. dr. ir. FHLR Clemens en prof. ir. J.H.J.M. van der Graaf. 2World Meteorological organization (WMO), (2009). Instruments and observing methods no. 99: Field Intercomparison of Rainfall Intensity Gauges, World Meteorological Organization, Geneva, Switzerland 3Braak, C. (1945). Invloed van den wind op regenwaarnemingen. Koninklijk Meteorologisch Instituut, Mededelingen en verhandelingen 48, Rijksuitgeverij, Den Haag.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.