Onderzoeksopzet

Om de oppervlaktewaterkwaliteit in beeld te brengen, zijn drie deelwatersystemen in Almere gedurende een jaar (2014) tweewekelijks bemonsterd. De monsters zijn verzameld op alle locaties waar water de watersystemen kan verlaten: gemaal Leeghwater in Almere Stad, een duiker bij de Paletlaan in Almere Buiten en de drie uitstroomlocaties van het watersysteem in Almere Haven. Bij elke monsternameronde (25 in totaal) zijn vijf steekmonsters genomen. Dit levert 125 monsters voor oppervlaktewaterkwaliteit op. De gevonden water- kwaliteit op de vijf onderzoekslocaties is representatief geacht voor de waterkwaliteit van het gehele watersysteem in Almere. De waterkwaliteit is vervolgens beoordeeld door de meetresultaten te vergelijken met de KRW-normen voor oppervlaktewater. Binnen het Regenwaterproject Almere zijn geen slibmonsters genomen uit de waterbodems rondom locaties Baljuwstraat, Sluis en Palembangweg, noch uit waterbodems elders in Almere. In plaats daarvan is een dataset gebruikt uit de Waterbodemkwaliteitskaart beheergebied Waterschap Zuiderzeeland (mei 2013), gebaseerd op slibmetingen uit 2011 en 2012. Deze metingen zijn afkomstig van locaties door geheel Almere en als zodanig representatief voor de gehele stad. De waterbodemkwaliteit is beoordeeld door de meetresultaten te vergelijken met normen voor waterbodemslib. De jaarvrachten probleemstoffen vanuit de bronnen ‘hemelwater’, ‘grondwater’, ‘foutaansluitingen’ en ‘overige bronnen’ zijn bepaald door respectievelijk resultaten uit pilot 1, pilot 5 en pilot 6 en literatuurwaarden te gebruiken. Vervolgens zijn de resultaten van de drie onderzoeksgebieden geëxtrapoleerd naar geheel Almere.