We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Op deze pagina leest u welke methoden er zijn om grondwaterstanden te meten, welke meetfrequenties u moet aanhouden en hoelang de meetperioden moeten zijn. Ook leest u hier wat de voor- en nadelen zijn van de verschillende meetmethoden, zodat u kunt bepalen welke methode voor uw situatie het meest geschikt is.
Meetmethoden Grondwaterstanden kunt u op de volgende manieren meten: Via een handmeting: met een dompelklokje, een elektronische watermeter of een ultrasone watermeter. Met een drukopnemer met datalogger. Er bestaan drukopnemers mét en zonder luchtdrukmeting. Voor de luchtdrukmeting kunt u een losse drukopnemer gebruiken; deze kunt u bijvoorbeeld boven in een peilbuis plaatsen
Meetmethoden Grondwaterstanden kunt u op de volgende manieren meten: Via een handmeting: met een dompelklokje, een elektronische watermeter of een ultrasone watermeter. Met een drukopnemer met datalogger. Er bestaan drukopnemers mét en zonder luchtdrukmeting. Voor de luchtdrukmeting kunt u een losse drukopnemer gebruiken; deze kunt u bijvoorbeeld boven in een peilbuis plaatsen. Meer informatie over loggen vindt u in het onderdeel Meetprincipes: basiskennis. Met een drukopnemer met telemetrie (zie het onderdeel Telemetrie). Het voordeel van telemetrische metingen is dat u altijd direct inzicht hebt in de actuele grondwaterstanden. Ook storingen kunt u hiermee snel opmerken, waardoor het verlies aan data beperkt blijft. Figuur A Voorbeeld van een drukopnemer met datalogger (links) en peilapparaat (rechts) Vergroot afbeelding Handmeting of meting met een drukopnemer? Of u kiest voor een handmeting of voor een meting met een drukopnemer, hangt af van het aantal meetpunten, de gewenste meetperiode en de gewenste frequentie. Het volgende overzicht van kenmerken van de verschillende metingen kan u daarbij behulpzaam zijn: Met een handmeting meet u de grondwaterstand op een bepaald moment. Er zijn veel handmetingen nodig om de maximale en minimale grondwaterstanden in beeld te krijgen. Een drukopnemer met datalogger of telemetrie registreert veelal ieder uur de grondwaterstand. Hiermee krijgt u een heel goed inzicht in de maximale en minimale opgetreden grondwaterstanden. Een drukopnemer met datalogger of telemetrie is een gangbare manier om de grondwaterstanden te meten. Om de metingen te controleren, moet u wel altijd nog handmetingen (controlemetingen) verrichten. Een drukopnemer zonder telemetrie moet in het veld uitgelezen worden. Een uitleesfrequentie van eens per drie of zes maanden is gebruikelijk. Dan worden ook meteen de controlemetingen (handmetingen) uitgevoerd. Wanneer een drukopnemer met datalogger uitvalt, kan ongemerkt een hele tijd de grondwaterstanden niet worden geregistreerd. Dit wordt immers pas opgemerkt bij de volgende controlemeting/handmeting. Bij telemetrie is een storing meteen zichtbaar. U kunt dan meteen actie ondernemen. Bij een drukopnemer met telemetrie kunt u vanaf elke plek met internet de grondwaterstanden direct zien. De ontwikkeling van telemetrische drukopnemers gaat snel en de kosten gaan omlaag. Telemetrische drukopnemers hebben het voordeel dat ze direct inzicht verschaffen in de metingen en dat uitval van drukopnemers snel wordt gesignaleerd. Zo wordt voorkomen dat er gaten in een meetreeks ontstaan. Frequentie De meet- en logfrequentie voor drukopnemers is vaak één keer per uur. Bij een slecht doorlatende bodem zijn de fluctuaties in de grondwaterstand groter en is de reactie op neerslag sneller dan in een goed doorlatende bodem. Een frequentie van eenmaal per uur legt de fluctuaties bij een slecht doorlatende bodem over het algemeen voldoende vast. Bovendien kan de relatie met neerslag dan goed worden gelegd. De meetfrequentie voor handmetingen was vroeger – vóór de komst van dataloggers – twee keer per maand: rond de 14e en de 28e van de maand. Op basis hiervan konden op den duur (na acht jaar meten) de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) en de gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG) worden bepaald. Langdurige handmetingen worden door de komst van dataloggers niet meer toegepast. Tegenwoordig worden vaak de representatieve hoge grondwaterstand (RHG) en de representatieve lage grondwaterstand (RLG) toegepast. Deze methode is gebaseerd op percentielwaarden. Meer informatie hierover vindt u in het onderdeel basiskennis grondwater waar de begrippen GHG en RHG zijn toegelicht Meetperiode Wilt u inzicht krijgen in de werking van het grondwatersysteem, dan moet u de grondwaterstanden in zowel natte als droge perioden weten. Hiervoor is een meetperiode van minimaal een jaar nodig. Als er in de buurt langjarige meetreeksen beschikbaar zijn, kunt u wellicht volstaan met een kortere meetperiode. De kortere meetperiode van de aanvullende peilbuis kunt u dan koppelen aan de langjarige metingen, om goed inzicht te krijgen in de optredende fluctuaties op de onderzoekslocatie. Wilt u inzicht krijgen in grondwateroverlast, meet dan in de hydrologische winterperiode: van oktober tot april. In deze tijd valt doorgaans de meeste neerslag, waardoor u de meeste kans hebt om de representatieve hoge grondwaterstanden in beeld te krijgen. Wilt u inzicht krijgen in grondwateronderlast/droogte, meet dan in de hydrologische zomerperiode: van april tot oktober. In deze tijd valt doorgaans de minste neerslag, waardoor u de meeste kans hebt om de representatieve lage grondwaterstanden in beeld te krijgen. Meer informatie over de onderwerpen op deze pagina vindt u in het Handboek meten van grondwaterstanden in peilbuizen van STOWA.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.