We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
De inrichtingsfase is de periode van het bouwrijp maken van gronden tot en met het feitelijke bouwen. In deze fase is aandacht voor waterhuishoudkundige en/of bouwkundige voorzieningen belangrijk om in de beheerfase structurele (grond)waterproblemen zo veel mogelijk te voorkomen. Zo is het slecht of onvoldoende (waterhuishoudkundig) bouwrijp maken een belangrijke oorzaak van uiteindelijke grondwaterproblemen in wijken. Belangrijke asp
De inrichtingsfase is de periode van het bouwrijp maken van gronden tot en met het feitelijke bouwen. In deze fase is aandacht voor waterhuishoudkundige en/of bouwkundige voorzieningen belangrijk om in de beheerfase structurele (grond)waterproblemen zo veel mogelijk te voorkomen. Zo is het slecht of onvoldoende (waterhuishoudkundig) bouwrijp maken een belangrijke oorzaak van uiteindelijke grondwaterproblemen in wijken. Belangrijke aspecten in de inrichtingsfase In relatie tot het grondwaterbeheer is in de inrichtingsfase in elk geval het volgende van belang: De gemeente moet de afzonderlijke verantwoordelijkheden bij het bouw- en woonrijp maken van gronden goed in beeld krijgen en houden. De belangrijkste bouw- en woonrijpactiviteiten zijn: het ophogen of afgraven van terreinen; de aanleg van ontwateringsmiddelen (zichtbare en onzichtbare systemen); de aanleg van riolering; het omgaan met hemel- en grondwater; de aanleg van groen-/speelvoorzieningen (bergend vermogen); het voorkomen van bodemverdichting/grondverbetering; het beheer van het oppervlaktewaterpeil; het realiseren van een goede afwatering; het creëren van open water of juist het dempen hiervan. De laatste drie genoemde activiteiten zijn een zaak van de waterbeheerder. Afhankelijk van de specifieke omstandigheden komen bovenstaande activiteiten in meer of mindere mate naast elkaar voor. De exploitatieovereenkomst (vaak tussen de gemeente en een projectontwikkelaar) moet expliciet en gedetailleerd aangeven hoe de grond bouw- en woonrijp wordt gemaakt. Elk van de onder punt 1 genoemde elementen (waar van toepassing) moet in deze overeenkomst een uitgewerkte plek krijgen. Idealiter betrekt de gemeente de waterbeheerder als watersysteemexpert hierbij. De gemeente moet afspraken maken over de financiële zaken. Denk aan afspraken over de betaling vanuit de grondexploitatie, de eventuele verhaalbaarheid van kosten en de eventuele kosten voor waterhuishoudkundige voorzieningen. De gemeente moet nagaan welke eisen voor deze fase in de waterschapskeur staan, in het bijzonder voor het bouwrijp maken van gronden. Uit de keur kan bijvoorbeeld blijken dat de aanleg van een drainagestelsel of het dempen van een greppel watervergunning- of meldingsplichtig is. Ook bevatten de meeste keuren eisen voor aanleg van waterberging om de versnelde afvoer van neerslag vanaf verhard oppervlak te compenseren. Bouw- en woonrijp maken definiëren Onduidelijkheid over de te verwachten kwaliteit van de bouwrijpe grond vergroot de kans op waterhuishoudkundige problemen in de beheerfase. Cruciaal is dat de gemeente het begrip bouwrijp maken concreet maakt. Een omschrijving dat "de grond in bouwrijpe staat wordt opgeleverd of in de staat waarin deze zich bevindt", is vaag. Zo is onduidelijk wat bouwrijp maken nu precies inhoudt, zeker waterhuishoudkundig bouwrijp maken. Het is dus van belang dat bestekken, exploitatieovereenkomsten, gronduitgiftecontracten en dergelijke de termen bouw- en woonrijp maken nader definiëren. Het eisenpakket moet zó duidelijk zijn dat de private bouwwereld (architecten, projectontwikkelaars en aannemers) hier niet omheen kan. De gemeente moet hierop samen met de waterbeheerder alert zijn. Voor een goed op de grond afgestemd gebruik zijn oppervlaktewaterpeilbeheer, een goede afwatering en het creëren van open water (zie bij punt 1 hierboven) immers taken van de waterbeheerder. Tip: zie de hiervoor onder 1 genoemde activiteiten als een checklist waarover met de waterbeheerder èn de ontwikkelaar wordt afgestemd. Doe dit meteen al in de ontwerpfase! Toezicht op de bouwplaats Tot slot is goed toezicht op de bouwplaats van belang: wordt ook volgens het bestek gewerkt?
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.