Falling-head/rising-head

Toepassingsgebied Voor deze proef is een ongeroerd gestoken monster nodig (zie meetopstelling hieronder) uit de laag waarvan u de doorlatendheid wilt laten berekenen. Dit monster is zowel uit de verzadigde als de onverzadigde zone te halen. De meting vindt plaats op slecht doorlatende grond. Tabel A Kenmerken laboratoriumproef falling-head en rising-head Toepassingsgebied: k<1,0 m/d Kenmerk:   eenmalige verhoging/verlaging, meting van daling/stijging in laboratorium Meting van de verzadigde verticale doorlatendheid   Gestoken ongeroerd monster   Normen: NEN 5124 Meetopstelling Het ongeroerd gestoken monster is ongeveer 30 à 40 cm lang en heeft een diameter van 5 tot 7 cm. De (steekbus)ring blijft om het monster om de wanden af te sluiten. Zo kan het water alleen in verticale richting stromen. Aandachtspunten Het monster/de steekbus moet goed gevuld zijn en goed worden vervoerd. Als de bus niet volledig gevuld is, kan de pakking van het monster slapper worden. Hierdoor verandert de k-waarde. Het monster mag niet worden geroerd, het moet altijd een steekbus zijn. Omdat het monster slechts een klein stukje bodem bevat, is de homogeniteit/heterogeniteit van de bodem nog meer van belang dan bij veldmetingen. De representativiteit van dit monster bepaalt de waarde van de meting. Er is geen samenhang met de omliggende bodem (zoals bij een veldmeting). Uitwerking meetresultaat - Falling-head/rising-head De doorlatendheid kunt u berekenen met de volgende formule: .Vergroot afbeelding