Cookiemelding
We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Status Geautoriseerd door Rioned Exclusief voor leden
Berekening opvoerhoogte
Een pomp verpompt een bepaald debiet bij een bepaalde opvoerhoogte. Deze opvoerhoogte berekent u als volgt: H = Hstat + Hdyn.leiding + Hdyn.overig De statische opvoerhoogte (Hstat) is het verschil tussen het pers- en het zuigpeil. De opvoerho
Een pomp verpompt een bepaald debiet bij een bepaalde opvoerhoogte. Deze opvoerhoogte berekent u als volgt: H = Hstat + Hdyn.leiding + Hdyn.overig De statische opvoerhoogte (Hstat) is het verschil tussen het pers- en het zuigpeil. De opvoerhoogte verschilt in droogweersituatie en tijdens en na neerslag. De stromingsweerstand (dynamische leidingweerstand) kunt u met de volgende formule berekenen: De stroomsnelheden in een persleiding liggen bij voorkeur tussen 0,6 m/s en 2,0 m/s. Bij lagere stroomsnelheden kan bezinking optreden. Bij hogere stroomsnelheden lopen de energieverliezen erg op. De overige dynamische weerstand (Hdyn.overig) betreft afsluiters, T-stukken, terugslagkleppen, bochten en dergelijke in het gemaal. Keuze pompen Op basis van deze gegevens kunt u een leidingkarakteristiek in een grafiek uitzetten; de opvoerhoogte H uitgezet tegen het debiet Q. Vervolgens kunt u een keuze maken uit de verschillende typen pompen. Deze keuze kunt u baseren op uw voorkeur voor een bepaalde fabrikaat, type waaier, opstelling van de pompen, enkelvoudig of samenwerkend. Hebt u uw keuze gemaakt, dan komt een selectie van pompen naar voren. Van deze pompen legt u het verband tussen volumestroom en opvoerhoogte vast in de pompkarakteristiek (Q-H kromme, opgave fabrikant). Werkpunt Het werkpunt van de pomp is het snijpunt met de leidingkarakteristiek. Het werkpunt moet goed op de curve liggen. Aan het begin en einde van de curve ontstaat het gevaar van cavitatie (implosie van belletjes gevuld met lucht en waterdamp) en/of onbalans van de pomp. Zoek bij het ontwerp van een pompinstallatie naar een bedrijfssituatie met een zo laag mogelijk energieverbruik. Daarvoor moet u het maximale rendementspunt van de pomp zo goed mogelijk benaderen. De vervuilingsgraad van het afvalwater kan een reden zijn om voor een energetisch minder gunstig waaiertype te kiezen, waarbij het aantal storingen lager is. Soms is het lastig om zowel in DWA-omstandigheden als bij neerslag een goed werkpunt te krijgen. Dan biedt een toerentalregeling een oplossing. Bij DWA-omstandigheden draait de pomp dan met een verlaagd toerental. In verband met vervuiling mag het toerental niet te laag worden.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.