Laat jezelf verrassen door de kracht van het GWSW

Laatst geac­tu­aliseerd 14 mei 2020

GWSW-adviseurs Marianne Kruger en Marco van Bijnen zijn het erover eens: “Gemeenten, waterschappen en samenwerkingsregio's, zet die eerste stap en doe die eerste upload van je data naar de GWSW-server. Je ziet direct de voordelen van het werken met de standaard.”

Als GWSW-adviseurs zitten Marianne Kruger (Markrucon) en Marco van Bijnen (M. van Bijnen Advies) regelmatig aan tafel met gemeenten, waterschappen, maar ook bijvoorbeeld met leveranciers van telemetriesystemen en beheersoftware. Stichting RIONED interviewt hen om meer te horen over hun enthousiasme en inzet over data, analyse, beheer en het Gegevenswoordenboek Stedelijk Water (GWSW).

Was je meteen enthousiast over het GWSW?

Marco: Niet direct, als ik eerlijk ben. Dat kwam pas later toen ik me erin verdiepte. Toen realiseerde ik me dat het niet alleen het uniform benoemen van objecten en onderdelen betreft, maar dat het ook processen beschrijft en welke gegevens je daarvoor nodig hebt. Het GWSW biedt je de mogelijkheid om relatief eenvoudig in beeld te krijgen of de gegevens in je beheersysteem aansluiten bij verschillende activiteiten. Als je bijvoorbeeld hydraulische berekeningen wilt laten uitvoeren, kun je toetsen of je de juiste gegevens in je beheersysteem hebt opgeslagen om een rekenbestand te kunnen maken. Hetzelfde geldt voor het reinigen en inspecteren van riolen en putten. Daarnaast vind ik het een groot voordeel dat er een standaard uitwisselingsformaat voorhanden is om gegevens binnen het stedelijk waterbeheer vrij te gebruiken. Dit is voor mij het groene verkeerslicht op een druk kruispunt. Geen gedoe meer met het programmeren van losse tools om data bij elkaar te brengen en analyses uit te voeren. 
Marianne: Jazeker ben ik enthousiast, want mijn werk bestaat al jaren uit data op orde krijgen. Nadat een van mijn opdrachtgevers mij concreet vroeg om het GWSW te implementeren ben ik de opleiding GWSW-adviseur gaan volgen. Nu merk ik dagelijks de kracht van de standaard bij het op orde krijgen van al die verschillende datasets en de mooie dingen die je daardoor vervolgens met die data kunt doen. 

Is zo’n eerste upload naar de GWSW-server goed te doen?

Marianne: Het wordt als een hobbel gezien en het is soms ook nog wel ingewikkeld bij bepaalde beheerpakketten, maar zeker met de hulp van een GWSW-adviseur kan deze stap eigenlijk altijd wel worden gezet. Samen met Marco heb ik een aantal bruikbare tools gemaakt waarmee we in staat zijn om relatief eenvoudig en applicatieonafhankelijk een goede omzetting naar het GWSW te verzorgen. Deze upload kun je vervolgens visueel presenteren en dan krijg je als beheerder direct een overzicht op kaart van de afwijkingen ten opzichte van het GWSW. Vervolgens kan een gemeente er direct mee aan de slag.
Marco: Om je dataset te toetsen aan het GWSW moet je de data in een bepaald bestandsformaat naar de GWSW-server uploaden. Vanuit je beheersysteem maak je een dergelijk uploadbestand. Dit betekent dat je objecten en eigenschappen op een bepaalde manier moet vestleggen. De software maakt er vervolgens het genoemde uploadbestand van. In de praktijk merken we dat het leveranciers veel tijd kost om alle terminologie uit het GWSW een plaats te geven in beheersystemen en in de uploadbestanden. Gezien de complexiteit is dat begrijpelijk, maar we zijn zeker op de goede weg. We zitten daarom nog wel in een fase dat nog niet alle beheersoftware een 100% passende export kan leveren. Maar dat hoeft gemeenten en waterschappen er niet van te weerhouden om deze eerste stap, zo’n eerste upload, te maken. Zoals Marianne al aan gaf is het goed mogelijk om nu al applicatieonafhankelijk een eerste upload uit te voeren.

Wat krijg je te zien als je die eerste upload doet?

Marianne: Als je een upload doet naar de GWSW-server, of laat doen door een specialist, dan kun je de data van je stelsel daarna makkelijk op kaart tonen. Sinds kort kan dat zelfs via PDOK, de landelijke voorziening van het Kadaster. Door de data op kaart te tonen kun je als gemeentelijke beheerder direct per wijk of buurt zien in hoeverre de data al op orde zijn en waar nog knelpunten zitten. Doordat de data digitaal op kaart wordt ontsloten kun je ook andere mensen met die data laten werken, zoals bijvoorbeeld beheerders van andere vakdisciplines binnen je organisatie, aannemers, waterschap en adviesbureaus. Delen van data in plaats van altijd zelf de data op verzoek uit je beheersysteem te exporteren en aan te leveren.
Marco: Dat het beheerders een tijdsbesparing kan opleveren is inderdaad een sterk punt. Daarnaast weet je ook zeker dat iedereen met dezelfde data werkt. Ik merk in gesprekken met beheerders dat de digitale kaarten met rioleringsdata helpen in het verder op orde krijgen van de dataset. Een belangrijk aandachtspunt is wel dat het eenduidig en uniform benoemen van objecten en voorzieningen natuurlijk niet zegt of ook de kwaliteit van de data voldoende is.

Kunnen jullie nog meer voordelen noemen?

Marco: Je kunt meerdere datasets in één digitale omgeving vergelijken. Dat visuele aspect, dat zorgt voor een beter gesprek over de kwaliteit van de dataset. In het veld kun je inventarisatiewerkzaamheden en inmetingen verrichten waarbij je de onderliggende waterdata direct tot je beschikking hebt. Hetzelfde geldt voor reinigen en inspecteren van riolen. Je hoeft niet meer met analoge tekeningen het veld in of aan de slag. Dit dient het gemak en alles wordt ook leesbaar en overzichtelijk om mee te werken. 
Door ook je afvoerende oppervlakken conform het GWSW te benoemen en gezamenlijk met de onderliggende voorzieningen op kaart te tonen, ben je in staat om relatief eenvoudig de verschillende type oppervlakken te koppelen aan de juiste voorziening en actueel te houden. Dit levert veel voordelen op bij het laten uitvoeren van hydraulische berekeningen. 
In combinatie met het koppelen en gebruiken van beschikbare open data van bijvoorbeeld het CBS en PDOK kun je nog meer gewenste informatie verkrijgen. Hiermee ben je in staat om voor verschillende geografische gebieden (buurten, wijken, gemeente, samenwerkingsverbanden, hydraulische gebieden) kentallen te produceren van onder andere afgekoppelde oppervlakken door de jaren heen en benodigde gegevens voor beleidsplannen. Het GWSW laat echt de kracht zien van open data.
Marianne: Ik heb me de laatste weken ingezet om allerlei applicaties zoals beheer-, telemetrie- en onderhoudsmanagementsystemen de data van de riolering vanaf de landelijke PDOK-voorziening te laten gebruiken. Onder meer XDM, SAM, Glomasys, i-View en H2gO zijn nu al in staat om dat te doen. Hun klanten kunnen dus nu al profiteren van de nieuwste ontwikkeling. Het ontsluiten van de GWSW-dataset met zulke applicaties brengt ook als voordeel met zich mee, dat je direct (systeem)overzicht hebt in relatie tot de meet- of gemaallocaties. Verschillen tussen beheersysteem en de installaties in de telemetrie- en onderhoudsmanagementsystemen worden zichtbaar en kunnen worden aangepast. Ook de dataset zelf is benaderbaar met diverse devices (telefoon of tablet) en daardoor ben je niet meer plaatsgebonden (kantoor en in het veld). 

Waarom zijn gemeenten, waterschappen en samenwerkingsregio’s nog wat terughoudend?

Marianne: Naast dat veel mensen gewoon druk zijn, denk ik dat men afwacht om dezelfde reden als die Marco in de praktijk ervaarde. Je moet je erin verdiepen en er de voordelen van leren kennen. De inhoud en terminologie van het GWSW is soms best lastig als je ermee begint. Er komen als rioolbeheerder ineens onbekende zaken op je af. Je weet in dat geval nog niet helemaal wat je van het GWSW kan verwachten en kennis op doen van het GWSW vraagt natuurlijk wel tijd en dat past niet altijd in het dagelijkse drukke werk. Daar kunnen adviseurs natuurlijk bij helpen. Soms wachten organisaties op een concrete aanleiding, of speelt er de gedachte dat het op orde krijgen van de dataset heel veel tijd en geld kost. In veel gevallen is dat laatste niet terecht. Als je ziet wat die eerste upload eigenlijk al oplevert, dan worden vervolgstappen vaak snel gezet. Zeker in samenwerkingsregio’s. Ik daag organisaties uit om de proef op de som te nemen!

Ben je er dan als je weet dat je dataset enigszins voldoet aan het GWSW?

Marco: Voldoen aan het GWSW wil zeggen dat je je dataset uniform hebt benoemd en je krijgt een beeld van de zaken die nog ontbreken of onvolledig zijn om bepaalde activiteiten uit te (laten) voeren, zoals bijvoorbeeld rioolinspecties. Het GWSW zegt niet of de kwaliteit van je data wel of niet op orde is. Maar daar kun je dan vervolgens aan gaan werken. Je dataset spreekt nu dezelfde taal als andere datasets die ook voldoen. Daarnaast spuugt je beheersysteem informatie uit conform een eenduidig uitwisselingsformaat dat je met derden kunt delen en op basis waarvan je activiteiten in de markt kunt zetten. Je kunt hierdoor voor elke afzonderlijke activiteit de voor jou beste marktpartner kiezen of aanbestedingen inrichten. Dezelfde taal spreken en weten in welke vorm informatie uitgegeven en ontvangen wordt. Het klinkt te mooi om waar te zijn, maar in de praktijk toch dichtbij. Soms denk ik wel eens: wat zou het toch mooi zijn om zoiets te hebben in de communicatie met mijn kinderen.

GWSW is open source. Hoe meer uploads, hoe meer data, hoe beter het resultaat... Is het zo simpel?

Marianne: Eigenlijk wel. Als je je data gaat delen, krijg je meer mensen die meekijken en meedenken, dus ook meer feedback waar het niet goed zit, en daarmee kun je datasets waar nodig verbeteren en op elkaar afstemmen. Dit gaat in het dagelijks werk veel efficiëntie opleveren en nieuwe toepassingen, daar ben ik van overtuigd. 
Marco: Daar sluit ik me bij aan. Ik denk dat het ons ook enorm gaat helpen met het inrichten van assetmanagement en risicogestuurd beheer. Het kunnen kwantificeren van risico’s begint tenslotte bij het kennen van je areaal en de kwaliteit daarvan.
 

Kom in contact met GWSW-adviseur

Wilt u weten hoe de dataset van uw gemeente ervoor staat? Of kunt u wel wat hulp gebruiken om het databeheer in goede GWSW-banen te leiden? Bent u benieuwd naar de extra mogelijkheden die dankzij de standaard ontstaan? Neem dan contact op met een van de GWSW-adviseurs.

Stichting RIONED sprak eerder met:

Leendert van Wolfswinkel (Nelen & Schuurmans) en Jaco van den Bosch (J en L Datamanagement) over hoe gaan zij te werk en wat levert hun advies gemeenten op?

Ferry Heuvelman (Bodegraven-Reeuwijk) en Bob Zwartendijk (Nectaerra) over wat de GWSW-nulmeting de gemeente Bodegraven-Reeuwijk heeft opgeleverd.