We gebruiken cookies om de website specifiek voor u in te richten. Als u verder navigeert, accepteert u dat. Uw gedrag op onze website wordt vastgelegd en kan worden gebruikt ter verbetering van onze dienstverlening. Meer informatie over cookies
Sociale media
Cookies waarmee pagina´s van deze site op sociale netwerken gedeeld kunnen worden. Door deze cookies te accepteren, staat u sociale netwerken toe uw surfactiviteit te volgen.
Open het menu om verder te navigeren
Navigatie sluiten
Sla op in leeslijst Exclusief voor leden Maak pdf Exclusief voor leden
Kikkers, padden en salamanders kunnen opgesloten raken in straatkolken. Meestal komen ze er niet meer uit en gaan ze dood. Stichting RAVON (amfibieënonderzoek, www.ravon.nl) en Stichting RIONED doen vanaf 2010 omderzoek naar de omvang van dit probleem én naar beschermende oplossingen. De eerste signalen van opgesloten amfibieën kwamen van vrijwilligers
Kikkers, padden en salamanders kunnen opgesloten raken in straatkolken. Meestal komen ze er niet meer uit en gaan ze dood. Stichting RAVON (amfibieënonderzoek, www.ravon.nl) en Stichting RIONED doen vanaf 2010 omderzoek naar de omvang van dit probleem én naar beschermende oplossingen. De eerste signalen van opgesloten amfibieën kwamen van vrijwilligers van Stichting RAVON. Daarop heeft RAVON in 2010 op zes plaatsen in Nederland een voorstudie gedaan (Zie rapport en persbericht n.a.v. de voorstudie) en aansluitend samen met RIONED een uitgebreid landelijk onderzoek (Zie eindrapport en persbericht). Hieruit blijkt dat amfibieën inderdaad in straatkolken terecht kunnen komen. Omdat ze er niet meer uit kunnen komen, gaan de meeste dieren dood. Straatkolken zijn essentieel voor de afvoer van regenwater, maar blijken soms dus een negatieve bijwerking te hebben. Uitgebreide inventarisatie In 2012 (met name tijdens de paddentrek) hebben RAVON-vrijwilligers in en in samenwerking met 29 gemeenten op 36 plaatsen verspreid over heel Nederland het probleem geinventariseerd. Zij hebben de relevante probleemlocaties, de aantallen en soorten dieren en de risicovolle perioden bepaald. In Nederland komen jaarlijks tenminste een half miljoen volwassen amfibieënen, kleine zoogdieren en een veelvoud daarvan aan jonge amfibieën in straatkolken terecht. Dat gebeurt met name tijdens de voorjaarstrek van overwinterings- naar de voortplantingsplaatsen, maar ook later tijdens het jaar bij de verspreiding naar de zomerhabitat. Dat betekent ook dat het probleem vooral speelt bij overgangen van groenstroken met waterpartijen naar (groene) woonwijken, bij parken en aan de randen van de bebouwde kom. De totale omvang van de amfibieenpopulatie is onbekend en fluctueert sterk door het jaar heen, zodat niet duidelijk is welke relatieve impact de sterfte in straatkolken heeft. Oplossingen beschikbaar en getest Naar schatting telt Nederland zo'n zeven miljoen straatkolken. Deze zijn hard nodig voor een goede afvoer van (hevige) regen, om wateroverlast of zelfs schade te voorkomen. Kolken verwijderen is dus meestal geen optie. Maar preventieve maatregelen en uitklimvoorzieningen blijken wel te werken. In de testgemeenten en in een RAVON -proefopstelling zijn de verschillende mogelijkheden getest: Trottoirbanden verleggen/verlagen en het tijdelijk plaatsen van afsluitroosters voorkomt dat dieren ingesloten raken; Het aanbrengen van ruwe strips of matten van kunststof of metaal vanaf de bodem tot aan de opening van de kolk biedt amfibieën de mogelijkheid weer uit de kolken te klimmen. RAVON en RIONED nemen als randvoorwaarden voor de oplossingen de onbelemmerde werking van de riolering voor een goede afvoer van (hevige) regen, ongehinderd onderhoud van de riolering en de acceptatie door de amfibieën. Zorgplicht vraagt om actie In Nederland bestaat een algemene zorgplicht voor wilde flora en faunasoorten die beschermd zijn volgens de Flora- en faunawet. De weg- en waterbeherende instanties (meestal de gemeenten) oefenen die zorgplicht uit op hun eigen terrein en in openbaar gebied binnen hun werkgebied. De amfibiesoorten die in de straatkolken worden aangetroffen hebben een beschermde status. Hieruit vloeit voort dat het een gemeentelijke taak is om probleemlocaties binnen het openbare deel van het eigen werkgebied op te sporen en op plaatsen waar er problemen geconstateerd worden, oplossingen hiervoor te realiseren. Gemeenten: zelf inventariseren en maatregelen afwegen Gemeenten die signalen hebben dat het probleem van amfibieën-insluiting ook in hun openbare ruimte speelt, kunnen aan de hand van een stappenplan in het eindrapport zelf inventariseren wat de ernst en omvang is. Vervolgens kunnen zij bepalen welke maatregelen nodig en mogelijk zijn en welke effectief zijn in relatie tot de benodigde kosten. De meerkosten zijn veelal beperkt, aangezien het probleem meestal slechts op enkele locaties per gemeente (hotspots) speelt. Gemeenten kunnen de maatregelen bekostigen uit de rioolheffing. Zie voor uitgebreide toelichting het eindrapport en artikelen in de RAVON-nieuwsbrief en de magazines Schubben en slijm, Het Waterschap en Vakblad Riolering. Beluister ook de reportage van 6 mei 2012 dat VARA radioprogramma Vroege Vogels over het onderzoek op lokatie maakte.
Exclusief voor leden
Geïnteresseerd in dit artikel? Log in!
En krijg toegang tot dit artikel en andere besloten delen van de website, met o.a. de kennisbank, beeldenbank en onderzoekspublicaties.